Citadel neemt afscheid van een bevlogen archivaris en historicus

De in Tilburg opgegroeide Louis Pirenne begint in 1945 aan de studie geschiedenis aan de Katholieke Universiteit Nijmegen. Nog maar net zijn kandidaatsexamen behaald, wordt hij assistent van de Bossche stadsarchivaris H.J. M. Ebeling. Wanneer Ebeling overlijdt, neemt hij diens functie waar. De benoeming komt later, na zijn doctoraal geschiedenis en het behalen van zijn archiefdiploma.

Pirenne ziet het als zijn voornaamste taak om het archief naar buiten meer bekend te maken. Dat is hem ook wel toevertrouwd. Hij weet hoe hij het stadsarchief moet “verkopen”. Tegelijkertijd loopt hij ook stage bij het voormalige Rijksarchief in Noord-Brabant, bij mevrouw E.H. Korvezee, de eerste vrouwelijke rijksarchivaris in Noord-Brabant. Op 1 januari 1954 wordt hij formeel benoemd tot archivaris van de provinciehoofdstad. In 1959 promoveert hij en in 1963 wordt hij benoemd tot rijksarchivaris in Noord-Brabant.

Ook dan toont Pirenne zich weer een prima netwerker. Hij begint zijn loopbaan in het gebouw aan de Waterstraat in ’s-Hertogenbosch. In 1984 verhuist het rijksarchief vooral dankzij zijn inzet en lobby wegens krappe werk- en depotruimte naar de schitterend gerestaureerde Citadel. Met deze verhuizing loodst hij het archief ook een nieuw (digitaal) tijdperk binnen.

Deze verhuizing wordt gezien als een van zijn grootste wapenfeiten als rijksarchivaris. Hij was dan ook enorm trots op ‘zijn’ Citadel en bleef ook na zijn pensionering betrokken bij de Citadel en zijn oud-collega’s. Hij vertelde tijdens zijn regelmatige bezoekjes aan de Citadel altijd nog graag mooie verhalen over zijn tijd als rijksarchivaris. Bijvoorbeeld het verhaal over zijn ‘professorenkamer’.

Wij wensen zijn familie veel sterkte en kracht met het dragen van dit grote verlies.


’s-Hertogenbosch, 14 april 2014