skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Ans Holman
Ans Holman RA Tilburg
Menu
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Ans Holman
Ans Holman RA Tilburg

Archieven

1149 W.C.H. Habets in Eindhoven, 1956 - 1988

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
De in deze inventaris beschreven archiefstukken werden aan het Rijksarchief in Noord-Brabant geschonken door de heer W.C.H. Habets te Eindhoven. Hij werd geboren op 19 augustus 1918 te Kerkrade. In 1939 - hij studeerde op dat moment aan de M.T.S. te Heerlen - werd hij door de mobilisatie in werkelijke dienst opgeroepen. In mei 1940 - ingedeeld bij het 37e grensbataljon - was hij gelegerd te Maastricht. Na het uitbreken van de vijandelijkheden werd hij krijgsgevangen gemaakt en afgevoerd naar het kamp Neubrandenburg, waar hij zes weken verbleef. In september 1940 zette hij zijn studie voort. Opnieuw werd de studie onderbroken door arrestatie door de Sicherheitsdienst in februari 1941. Hij onderging één maand 'Schutzhaft'. Na vrijgekomen te zijn werd de heer Habets door de Sicherheitsdienst de toegang tot iedere M.T.S. in Nederland ontzegd. Om aan tewerkstelling in Duitsland te ontkomen, vond hij werk op het Mijnschadebureau van de Domaniale Steenkolen Mij te Kerkrade. Daar maakte hij eens denigrerende opmerkingen over het Duitse militaire apparaat en over Goering. Een N.S.B.-er verraadde deze opmerkingen aan de Sicherheitsdienst. Op 24 mei 1941 werd de heer Habets opnieuw gearresteerd en vastgezet in het Huis van Bewaring te Maastricht. Op 19 juli 1941 werd hij door het Feldgericht van de Luftwaffe in een 'besloten zitting' tot vijf jaar tuchthuis veroordeeld. In oktober 1941 werd hij overgebracht naar de strafgevangenis te Bochum in Westfalen. Op 29 april 1945 kwam hij terug in Nederland. De heer Habets hervatte in september 1945 zijn studie en studeerde in juli 1947 af. In 1948 huwde hij.
Met de ervaring van langdurige politieke gevangenschap kon hij zich zeer wel inleven in de narigheid waarin verzetsmensen na de oorlog geraakt waren en veelvuldig - zonder resultaat - een beroep deden op de Wet Buitengewoon Pensioen (1940-1945). De afwijzingen van bonafide gevallen hadden hem zodanig geschokt, dat hij zich actief binnen verenigingen van het voormalig verzet en politieke gevangenen voor deze mensen is gaan inzetten. Zo kwam hij in aanraking met het ICODO (Informatie en Coördinatie voor door de Oorlog getroffenen) waaruit hij steun ontving voor zijn inspanningen op het vlak van de immateriële belangenbehartiging. Eerder was hij achtereenvolgens lid, bestuurslid en hoofdbestuurslid van de NVEPG, VLUG en LKG. Nadat hij in 1975 geheel werd afgekeurd op basis van de Wet Buitengewoon Pensioen (BP), heeft hij zich verdiept in die wet, de Beroepswet en de jurisprudentie op het gebied van eerstgenoemde wet. Aansluitend trad hij op als raadsman in een aantal beroepsgevallen inzake de Wet BP. Feitelijk trad hij op tegen het beleid van de Stichting 1940-1945 en de Buitengewone Pensioenraad. Langs die weg raakte hij betrokken bij de afwijzingsgevallen van de Wet BP en heeft hij zo lotgenoten van dienst kunnen zijn, speciaal in die gevallen waarin zij zelf geen uitweg zagen of wisten. Op dit gebied werkte de heer Habets nauw samen met de Stichting Dienstverlening Verzetsdeelnemers. Vooral met betrekking tot de voorgenomen wetswijzigingen via de 'Commissie Van Dijke' had hij met die stichting zeer nauw, frequent en vruchtbaar contact.
Daarnaast was hij vele jaren actief binnen de opvattingen van de Anne Frank Stichting in de voorlichting op scholen en beroepsopleidingen van uiteenlopende soort.
De zware emotionele belasting verbonden aan al dat werk heeft de heer Habets in het midden van de jaren negentig doen besluiten al die werkzaamheden en activiteiten te staken, temeer omdat het aantal beroepsgevallen tegen de beslissingen van de Buitengewone Pensioenraad zeer sterk afgenomen waren.
De archiefstukken hebben hoofdzakelijk betrekking op de behartiging van de materiële en immateriële belangen van personen die in de Tweede Wereldoorlog aan het verzet hebben deelgenomen. De stukken hebben geen betrekking op verzetsactiviteiten zelf.

Rijksarchief in Noord-Brabant, 1997
Aanwijzingen voor de gebruiker

Kenmerken

Datering:
1956-1988
Vindplaats origineel:
BHIC 's-Hertogenbosch
Openbaarheid:
Deze toegang bevat een of meer stukken die tot 1 januari 2038 niet zonder meer openbaar zijn.
Het precieze jaar van openbaarheid kun je per inventarisnummer vinden.

Bij vragen kun je contact opnemen met het BHIC.