Johannes Gruyter, vice-deken van Woencel, oorkondt, dat heer Arnoldus van Malsen, voorgedragen voor het pastoraat van Heeswijck, heden persoonlijk voor hem op de rechtszitting (in de kerk van Mierlo), is verschenen; dit alles volgens de formaliteiten waarvan sprake in de akte van dezelfde datum (reg. nr.904), waardoor deze akte is gestoken; en dat niemand met bezwaren is komen opdagen.
Johannes Gruyter, vice-deken van Woencel, oorkondt, dat heer Arnoldus van Malsen, voorgedragen voor het pastoraat van Heeswijck, heden persoonlijk voor hem op de rechtszitting (in de kerk van Mierlo), is verschenen; dit alles volgens de formaliteiten waarvan sprake in de akte van dezelfde datum (reg. nr.904), waardoor deze akte is gestoken; en dat niemand met bezwaren is komen opdagen.
b. Afschrift in Kopieboek Hoevenaars, I, nr.561 b.
Nota. Dit regest betreft het kleine charter.