In 1992 kwam een intentieverklaring met Limburg en Zeeland tot stand met het vooruitzicht voor een mogelijke samenwerking van de drie provincies op het gebied van het archieftoezicht. Op 28 oktober 1997 besloten de drie colleges van gedeputeerde staten in principe tot samenwerking. De drie inspecties kwamen vervolgens na overleg met de griffiers tot een voorstel voor samenwerking ingaande 1999 voor de duur van twee jaar. Op 15 december 1998 besloten de gezamenlijke Colleges van GS van Limburg, Noord-Brabant en Limburg tot samenwerking van de drie Zuid-Nederlandse provinciaal archiefinspecteurs. Deze samenwerking betrof de te verrichten werkzaamheden en de wederzijdse vervanging. Daarnaast werd de Brabantse inspecteur bij besluit van 9 mei 2000 tevens inspecteur voor Limburg. In februari 2001 werd de samenwerking met Limburg en Zeeland vastgelegd in een convenant, waarbij Zeeland zijn eigen inspecteur behield. Aan het convenant werd een beleidsvisie voor de korte en langere termijn toegevoegd. Uitingen van deze samenwerking waren grensoverschrijdende inspecties, zoals bij de regiopolitie, de organisatie van gezamenlijke studiedagen en de uitgave van de folder ‘Archieven in Zuid-Nederland’.

kreeg een team van organisatieadviseurs van de drie provincies de opdracht om een voorstel te ontwikkelen voor de wijze waarop de samenwerking versterkt zou kunnen worden. Het team bracht in 2006 advies uit om, zowel op vakinhoudelijke gronden als om redenen van efficiency, te komen tot één centraal gehuisveste archiefinspectie voor de drie provincies. In december 2006 besloten de colleges van Noord-Brabant en Limburg conform voornoemd advies. Zeeland gaf aan vooralsnog niet te participeren.

Mede als gevolg van het verschijnen van het rapport ‘Van specifiek naar generiek’ van de “Commissie Oosting” in oktober 2007 duurde het enige tijd voordat de verdere integratie en samenwerking van de beide inspecties werd opgepakt. Toen echter in het najaar van 2008 nog niet duidelijk was wat de gevolgen van het rapport Oosting waren voor de provinciale archiefinspecties, besloten beide colleges van GS om de afspraken in het kader van de intensievere samenwerking vast te leggen in een dienstverleningsovereenkomst. Deze werd op 6 januari 2009 aangegaan voor de duur van twee jaar ingaande 1 december 2008. Eind 2010 werd de overeenkomst verlengd voor de periode 2011-2012. Als gevolg van de inwerkingtreding van de genoemde Wet Rgt per 1 oktober 2012 en de wijziging van de Archiefwet per 2013 besloten GS van Limburg tot het opzeggen van de dienstverleningsovereenkomst per 31 december 2012.