Notaris Godefridus Hels oorkondt dat Bertha de Ryemsdijck, abdis, Mechtildis Leonii, priorin, Gertrudis Hazen, Elizabeth Gervasii en Beka Hazen, kloosterlingen van het klooster van Sint-Clara van de orde der franciscanen in Wamel, overgedragen hebben aan mij, notaris, ten behoeve van heer Johannes die Haze, investiet van de begijnenkerk in 's-Hertogenbosch, een erfcijns, hun aangekomen door Elizabeth, natuurlijke dochter van Gerongius zoon van Wilhelmus die Tepper, vroeger geprofeste zuster van het klooster, met als last jaargetijden voor Petrus die Moelner, Elizabeth Coppelmans, Elizabeth dochter van Arnoldus Zeghers en Jutta en Oda, dochters van Johannes Goessens. Gedaan in genoemd klooster met als getuigen broeder Henricus Hellinc, minderbroeder van Kleef, Symon Lambrechssoen de Magno Lyt, Wesselaus Brant en Alardus Goyarts soen.
Notaris Godefridus Hels oorkondt dat Bertha de Ryemsdijck, abdis, Mechtildis Leonii, priorin, Gertrudis Hazen, Elizabeth Gervasii en Beka Hazen, kloosterlingen van het klooster van Sint-Clara van de orde der franciscanen in Wamel, overgedragen hebben aan mij, notaris, ten behoeve van heer Johannes die Haze, investiet van de begijnenkerk in 's-Hertogenbosch, een erfcijns, hun aangekomen door Elizabeth, natuurlijke dochter van Gerongius zoon van Wilhelmus die Tepper, vroeger geprofeste zuster van het klooster, met als last jaargetijden voor Petrus die Moelner, Elizabeth Coppelmans, Elizabeth dochter van Arnoldus Zeghers en Jutta en Oda, dochters van Johannes Goessens. Gedaan in genoemd klooster met als getuigen broeder Henricus Hellinc, minderbroeder van Kleef, Symon Lambrechssoen de Magno Lyt, Wesselaus Brant en Alardus Goyarts soen.