Deken en kapittel van Sint-Jan in 's-Hertogenbosch oorkonden dat heer en meester Henricus Faber de Bardwyck, priester en vicecureit van de Sint-Jan en rector van een kapelanie aan het altaar van Sint-Anthonius daar, een gebouwd maar nog niet gewijd altaar aan de zuidzijde in de Sint-Jan met drie wekelijke missen wil bezetten, onder voorwaarde dat het altaar toegewijd zal worden aan Sint-Salvator en de heiligen Maria Magdalena, Lazarus en Martha. Hij geeft daarvoor 56 pond erfcijns en wenst de eerste rector te presenteren. Deken en kapittel geven toestemming voor deze kapelanie van de tweede fundatie als een kerkelijk officie en na Henricus' dood als een beneficie voor het kapittel met Henricus als eerste rector, met voorkeursrecht van opvolging door toekomende vicecureiten. Daarna insereren ze de schepenakten van 1516-12-31, 1518-02-19 en 1519-01-20. Gedaan in de kapittelzaal, geschreven en ondertekend door notaris Arnoldus Sartoris de Roda Sancte Ode.
Deken en kapittel van Sint-Jan in 's-Hertogenbosch oorkonden dat heer en meester Henricus Faber de Bardwyck, priester en vicecureit van de Sint-Jan en rector van een kapelanie aan het altaar van Sint-Anthonius daar, een gebouwd maar nog niet gewijd altaar aan de zuidzijde in de Sint-Jan met drie wekelijke missen wil bezetten, onder voorwaarde dat het altaar toegewijd zal worden aan Sint-Salvator en de heiligen Maria Magdalena, Lazarus en Martha. Hij geeft daarvoor 56 pond erfcijns en wenst de eerste rector te presenteren. Deken en kapittel geven toestemming voor deze kapelanie van de tweede fundatie als een kerkelijk officie en na Henricus' dood als een beneficie voor het kapittel met Henricus als eerste rector, met voorkeursrecht van opvolging door toekomende vicecureiten. Daarna insereren ze de schepenakten van 1516-12-31, 1518-02-19 en 1519-01-20. Gedaan in de kapittelzaal, geschreven en ondertekend door notaris Arnoldus Sartoris de Roda Sancte Ode.