Archieven

2 Reactie van de Haagse heren belast met de Meierijse zaken op een rekest van de schepenen der heerlijkheid Tilburg en Goirle in kwartier Oisterwijk i.v.m. de boedel van Laurens Gerard van den Brekel waarover zij in 1780 al advies hebben gevraagd van onafhankelijke rechtsgeleerden en is provisioneel een sequester aangesteld, met de mededeling dat de boedel zeer verward was en zelfs geld in de grond was begraven en door enige erfgenamen zou zijn ontgraven en wederom begraven en onder de erfgenamen bevonden zich ‘vele minderjarigen en uitzinnigen ook uitlandigen’; idem wordt in de akte gesproken over enige uitgaven in de dorpsrekening betreffende een proces mbt de nalatenschap van Willem Pieter Mutsaars en Maria Peterse de Groot in een 2e huwelijk getrouwd geweest zijnde met Laurens van den Brekel. – zie ook folio 1047

61 Missive van D.J. van Hogendorp van Hofweegen drossaard der heerlijkheid Tilburg van de 12e oktober aangevende dat de avond ervoor tegen de avond, zeer onverwacht aldaar waren aangekomen een aantal van ruim 600 vreemdelingen zich uitgevende als Brabantse vluchtelingen vergezeld van 7 geladen karren met koopgoederen zo zij voorgaven, maar volgens de informatie van de drossaard betrof het ca. 900 pond buskruit en enige honderden geweren; dat hij drossaard op degenen die de directie schenen te voeren hen daarover had onderhouden en had hen aangezegd dat men die munitie in een open plaats en onder behoorlijke bewaring moesten vervoeren om ongelukken te voorkomen hetwelk ook ten uitvoer werd gebracht en verder we ze gelast alle goede orden te onderhouden zodat hij de eer kon hebben aan de Ho: Mo: te melden dat er hoegenaamd geen desorde [wanorde] plaats had gehad en zelfs alle verteringen contact waren betaald; dat zulk een menige veel opzien baarde onder de ingezetenen en zo er baldadigheden mochten ontstaan de ordinaris justitie niet bestand zou zijn en de drossaard vroeg de overheid hoe hij zich diende te gedragen rond deze kwestie; een kopie werd doorgestuurd naar de Haagse heren belast met de Meierijse zaken.

63 Rekest van Cornelis Bles notaris en procureur te Tilburg in kwartier Oisterwijk inhoudende dat hij suppliant door Mr. Adriaan Bout als commissaris van het generaliteits klein zegel in plaats van wijlen Johan Jacob Althoffer was aangesteld tot collecteur en distributeur van genoemd klein zegel binnen het kwartier van Oisterwijk volgens de bijgevoegd akte van aanstelling en verzoekt om een akte van approbatie.

7 Rekest van drossaard en schepenen van Tilburg en Goirle op een rekest van de Heer van Tilburg en Goirle met wie ze een meningsverschil hadden over de aanstelling van een bij-schoolmeester of adjunct schoolmeeste ri neen van de Tilburgse gehuchten nl. Korvel, waarin wordt gesproken over het recht van patronaatschap tot kerkelijke beneficies en dus die van Tilburg en Goirle nooit het recht hadden gehad tot de aanstelling van dorps-schoolmeesters maar dit toekwam aan de Heer der heerlijkheid [breedvoerige discussie]. – zie ook inv.nr.97, 138, 142 [zéér uitvoerig], 216 [rekest van Van Hogendorp]