Notaris Johannes Willelmi de Geldrop oorkondt dat jonkvrouwe Geertrudis dochter van Wolterus Scaps, burgeres van 's-Hertogenbosch, haar testament geschreven heeft op enkele bladen papier met de volgende inhoud: Geertruydt, dochter van Wouter Scaeps, burgeres van 's-Hertogenbosch, maakt haar testament waarbij ze geld schenkt aan de kerkfabriek van Sint-Lambertus in Luik. Onder andere legaten vermaakt ze een erfcijns uit een huis in de Verwerstraat in 's-Hertogenbosch aan haar zusters zolang ze leven. Na hun dood sticht ze er een wekelijke mis mee op het altaar van Sint-Quirinus in de kapel van Sint-Jacob in 's-Hertogenbosch, met als eerste rector meester Henrick Loekeman. Collatoren zijn de executeurs-testamentair en na hun dood de dekens van het gilde van het altaar. Als executeurs-testamentair benoemt ze heer Hubrecht van Herentals, rector van het klooster Mariënburg op de Uilenburg, heer Peter van Zomeren, priesters, en Peter Wellen Claessoen cangieter. Gedaan in de benedenkamer van het woonhuis van de testatrice in de Hinthamerstraat in 's-Hertogenbosch in aanwezigheid van heer Lambertus Nycolai, gebeneficieerd priester, en Wolterus van der Rullen, fabrieksmeester van de Sint-Jan.
Notaris Johannes Willelmi de Geldrop oorkondt dat jonkvrouwe Geertrudis dochter van Wolterus Scaps, burgeres van 's-Hertogenbosch, haar testament geschreven heeft op enkele bladen papier met de volgende inhoud: Geertruydt, dochter van Wouter Scaeps, burgeres van 's-Hertogenbosch, maakt haar testament waarbij ze geld schenkt aan de kerkfabriek van Sint-Lambertus in Luik. Onder andere legaten vermaakt ze een erfcijns uit een huis in de Verwerstraat in 's-Hertogenbosch aan haar zusters zolang ze leven. Na hun dood sticht ze er een wekelijke mis mee op het altaar van Sint-Quirinus in de kapel van Sint-Jacob in 's-Hertogenbosch, met als eerste rector meester Henrick Loekeman. Collatoren zijn de executeurs-testamentair en na hun dood de dekens van het gilde van het altaar. Als executeurs-testamentair benoemt ze heer Hubrecht van Herentals, rector van het klooster Mariënburg op de Uilenburg, heer Peter van Zomeren, priesters, en Peter Wellen Claessoen cangieter. Gedaan in de benedenkamer van het woonhuis van de testatrice in de Hinthamerstraat in 's-Hertogenbosch in aanwezigheid van heer Lambertus Nycolai, gebeneficieerd priester, en Wolterus van der Rullen, fabrieksmeester van de Sint-Jan.