Afkortingen:
ARA = Algemeen Rijksarchief
R.A. = Rijksarchief
Coll. = Collectie
inv. = inventaris
inv.nr. = inventarisnummer
fol. = folio
fm = film(s)
ft = fotokopie(ën)
kw = Kwartier
r = recto (voorzijde van de folio)
mf = microfiche(s)
v = verso (achterzijde van de folio)
Veel van deze bronnen worden eveneens toegelicht of zijn gebruikt voor het proefschrift van Eduard van Ermen 'Feodaal-heerlijke verhoudingen en territoriale patronen in het middeleeuwse hertogdom Brabant (12de-14de eeuw) met bijzondere aandacht voor de regio Leuven', 6 dln. (K.U. Leuven, 1989). Dit proefschrift is te raadplegen op het stadsarchief te 's-Hertogenbosch. Voor de Meijerij van 's-Hertogenbosch is deze studie echter niet altijd even betrouwbaar. Zie voorts de kopnotities bij de verschillende onderdelen.
Voor het aantal microfiches per inventarisnummer of groep van nummers (soms staan meerdere inv.nrs. op één fiche) wordt verwezen naar bijlage I. Voorts dient te worden opgemerkt dat bij de beschrijvingen soms wordt verwezen naar op het Rijksarchief in Noord-Brabant te 's-Hertogenbosch reeds aanwezige oudere kopieën of afschriften, en naar aldaar berustende bronnen.
Rijksarchief in Noord-Brabant, 1997
Brabants Historisch Informatie Centrum
Vergelijk Gachard-Pinchart-Nelis, a.w., I, 200-206, voor nadere inhoudelijke analyse.
Inhoud. Folio 1-3v: Summiere (en onvolledige), onderwerpsgewijze index op aantal delen van reeks: 'De swerte register berustende in de Rekencaemer. In dese boecken worden verscheijde saeken gevonden als van (. . .), opgemaakt 18e eeuw.
Folio 5-136v: Indexen op 1e vijf delen van reeks: 'Index van den registre beginnende metten jaere xi xci, gemaeckt in den jaere xvi lxxxiiii, enz.'. Betreft vermoedelijk kopie-indexen in bewuste registers, opgemaakt 17e eeuw. (Cuvelier, Inventaire, 17-18). Eerste index is in het Latijn.
Folio 138-139: Fragment- index op 6e deel van onderhavige reeks, opgemaakt 18e eeuw. Register 14 is wellicht van kanselarij van Brabant uit jaren 1430-1432. 'Il contient des lettres-patentes d'amortissement, de dons, de pensions, de commissions, de quittance, de sauve-garde, de mandemens de payer, de gråces, de sentences et autres actes émanés de la chancellerie de Philippe le-Bon, pour le Brabant, pendant les années 1430, 1431 et 1432' (Gachard- Pinchart-Nelis, Inventaire, 201)