Des donredaghes na Onser-Vrouwendach Nativitas.
Broeder Lambrecht van Waelwijc, kanunnik en pitancier van Berne, oorkondt, dat hij met instemming van abt Gotscalc van Veen en het convent overdraagt aan Willem den Lodder Janszn een stuk land aan de Onderstal, een stuk land op de Westerecker, een stuk land in het Westelbroec en een stuk land in de Scoerecker, alle nader gesitueerd en gelegen in de parochie van Berlikem, tegen een pacht van 1 mud rogge, te 's Hertoghenbossche op Maria Lichtmis (2 februari) te betalen in het huis van Berne ("in die herberghe mijns liefs heren des abts").
Des donredaghes na Onser-Vrouwendach Nativitas.
Broeder Lambrecht van Waelwijc, kanunnik en pitancier van Berne, oorkondt, dat hij met instemming van abt Gotscalc van Veen en het convent overdraagt aan Willem den Lodder Janszn een stuk land aan de Onderstal, een stuk land op de Westerecker, een stuk land in het Westelbroec en een stuk land in de Scoerecker, alle nader gesitueerd en gelegen in de parochie van Berlikem, tegen een pacht van 1 mud rogge, te 's Hertoghenbossche op Maria Lichtmis (2 februari) te betalen in het huis van Berne ("in die herberghe mijns liefs heren des abts").
b. Afschrift in Kopieboek Hoevenaars, I, nr.375.