Heer Henricus van Mordrecht, ridder, en Arnoldus Rovere, schepenen in 's-Hertogenbosch, getuigen dat Egidius zoon van wijlen Franco van Erp, een acker genaamd die Hachheide heeft verkocht, gelegen in de parochie van Erp tussen de erfgoederen van Arnold, zoon van Willem aan de ene zijde, en dat van Willera, zoon van Petrus Arnoldssoen aan de andere zijde met al zijn toebehoorten aan Hendrik zoon van wijlen Leonius van der Boxbrugghen. Datum sabbato post diem beate Gertrudis virginis, anno Domimi millessimo CCCmo quinto. Latijn, akte op perkament, 2 zegelstaarten, zegels verloren. Inv.nr. 1077
Heer Henricus van Mordrecht, ridder, en Arnoldus Rovere, schepenen in 's-Hertogenbosch, getuigen dat Egidius zoon van wijlen Franco van Erp, een acker genaamd die Hachheide heeft verkocht, gelegen in de parochie van Erp tussen de erfgoederen van Arnold, zoon van Willem aan de ene zijde, en dat van Willera, zoon van Petrus Arnoldssoen aan de andere zijde met al zijn toebehoorten aan Hendrik zoon van wijlen Leonius van der Boxbrugghen. Datum sabbato post diem beate Gertrudis virginis, anno Domimi millessimo CCCmo quinto. Latijn, akte op perkament, 2 zegelstaarten, zegels verloren. Inv.nr. 1077