Goiart Goiart Roeffssoen, Aert Janss van Hout, Joseph Hanrickx, Gerit van Keldonck, Jan Strick, Jan Marcelissoen van Uden en Jorden Jan Jordenss, schepenen van Erp tuigen, dat Gerit Jan Aertss van Uden, Wouter Hanrick Boertensoen en Jacop Geijsbart Joestensoen, H.Geestmeesters, gericht waren met vonnis en recht aan een huijs, hoff ende hostad ende erven daeraen gelegen te Erp, over die brugge, die een sijde ende metten eenen eijnde aen die gemeijnen straete, d'ander zijde beneven erffenisse wijlen Aert Horkens ende metten anderen eijnde aenden stroem geheijten die aa, tot verhaal van een erfpacht van 2 mud rog; dat zij met het pand gedaan hebben als naar rechten; dat zij het te verboeten gezet hebben te 's-Bosch en in de kerk van Erp; dat zij het Gerit Delissen eindelijk verkocht hebben en dat de H.Geest het kocht voor de lasten die er uit gaan (o.a. 2 pond payment, waarvan de vicarie 10 stuivers en de koster en de kerk 4 stuivers). Gegeven in der jaer ons Heren dusent vijff hondert ende negen en dartich den vijftyenden dach meert. Akte op perkament, met uithangen zegel. Inv.nr. 1077.
Goiart Goiart Roeffssoen, Aert Janss van Hout, Joseph Hanrickx, Gerit van Keldonck, Jan Strick, Jan Marcelissoen van Uden en Jorden Jan Jordenss, schepenen van Erp tuigen, dat Gerit Jan Aertss van Uden, Wouter Hanrick Boertensoen en Jacop Geijsbart Joestensoen, H.Geestmeesters, gericht waren met vonnis en recht aan een huijs, hoff ende hostad ende erven daeraen gelegen te Erp, over die brugge, die een sijde ende metten eenen eijnde aen die gemeijnen straete, d'ander zijde beneven erffenisse wijlen Aert Horkens ende metten anderen eijnde aenden stroem geheijten die aa, tot verhaal van een erfpacht van 2 mud rog; dat zij met het pand gedaan hebben als naar rechten; dat zij het te verboeten gezet hebben te 's-Bosch en in de kerk van Erp; dat zij het Gerit Delissen eindelijk verkocht hebben en dat de H.Geest het kocht voor de lasten die er uit gaan (o.a. 2 pond payment, waarvan de vicarie 10 stuivers en de koster en de kerk 4 stuivers). Gegeven in der jaer ons Heren dusent vijff hondert ende negen en dartich den vijftyenden dach meert. Akte op perkament, met uithangen zegel. Inv.nr. 1077.