Archieven

Ten huize van weduwe Swinkels in Beek en Donk. Gecompareerd: Gerard Heesakkers, bouwman in Beek en Donk, eerder weduwnaar van Francijna van Heertum, en thans hertrouwd met Johanna Maria Smits vergezeld van Leonardus van Heertum, timmerman in Gemert, als voogd over zijn minderjarig kind uit het 1e huwelijk, Johan 5 jaar. (tweede kind overleden kort na overlijden moeder), geeft te kennen dat gedurende zijn 1e huwelijk door hem zijn aangekocht enige bouw en weilanden in Beek en Donk gelegen, groot 2 bunder, 32 roeden en 80 ellen, waarop een woning is gebouwd, waarvan de uitgaven en aankoop der goederen bedragen 1700 gulden, tot welke gedeeltelijke voldoening de comparanten op onderhandsche schuldbekentenis heeft genegocieerd de volgende kapitalen: Als van Theodorus Heesakkers 700 gulden, Gerard Maas 250 gulden, weduwe Jan van Rixtel 100 gulden, Johanna van Heertum 50 gulden, samen 1100 gulden. Allen a 5% interest jaarlijks. Voorschreven kapitalen worden thans terug geeischt. Comparant heeft hiertoe niet de middelen en wil nu een wettige hypotheek opnemen. Familieraad: Leonardus Heesakkers, bouwman, oom, Beek en Donk, Jan Heesakkers, bouwman, oom, Beek en Donk, Hendrik Heesakkers, dagloner, oom, Beek en Donk, Johan Verbakel, bouwman, oom, Beek en Donk, gehuwd met Maria van Heertum, Peter van de Rijt, bouwman, oom Beek en Donk, gehuwd met Anna Maria van Heertum, Peter van der Zanden, bouwman, oom, Lieshout. De familieraad geeft toestemming als volgens artikel 458 Burgelijk Wetboek goedkeuring van de Burgelijke Regtbank wordt gevraagt en gekregen.

Peter van de Kerkhof en Johan Brouwers, Zie akte 42), als vader voogd en toeziend voogd over de kinderen, Zie akte 42), door het overlijden van Hendrik van den Broek en Anna Maria van de Rijdt, echtelieden, overleden in Lieshout, hebben nagelaten aan hun kleinkinderen, door hun enige dochter, hun gehele nalatenschap. T.w. woonhuis, brandschop, schuur, bouwland en weide in Lieshout, weiland in Beek en Donk. Er zijn diverse schulden t.w.allen a 5%. Dhr. Fritsen, Aarle-Rixtel 500 gulden, Godefridus Smits, in vruchtgebruik en Peter Christiaan Smits, in eigendom 600 gulden,Derek van Vijfeijken, 200 gulden, Apostelhuis in Mierlo, een jaarlijkse rente van 3 gulden, en kapitaal 60 gulden.Voorts zijn er handschulden, ongeveer 200 gulden. Alles bevindt zich in bouwvallige staat, van de familieraad Zie akte 42) komt het verzoek om publiek te verkopen om schulden te voldoen. Als er geld overblijft moet dit gebruikt worden voor de opleidingen van de kinderen.

Arnold van Hoof, bouwman in Stiphout als administrerend voogd en Johan van den Broek, bakker in Gemert als toeziend voogd over:A; 8 minderjarige kinderen van wijlen Hendrik Sterken, overleden in Gemert en van mede wijlen Wilhelmina Verbakel, overleden in Gemert, met name: Johanna 17 jaar, Margo 15 jaar, Maria 11 jaar, Anna en Ardina 9 jaar, Petronella 4 jaar, Anthonie 3 jaar, en Helena 1 jaar. B; Ida Verschuuren, weduwe van Hendrik Sterken, huisvrouw in Gemert als moeder en voogdes over hun kind met name Hendrica (4 maanden), en bijgestaan door Jan van Oorschot toeziend voogd, bouwman in Stiphout. De kinderen (A) bezitten voor de helft onverdeeld in eigendom, enkele percelen wijland gelegen in Beek en Donk genaamd "Den Brant".A en B bezitten diverse onroerende goederen, allen onder Gemert, o.a. bouwland, wijland, een huis en werf, alles genoemd met sectienummers. De goederen zijn belast met 600 gulden. Verder zijn er handschulden van ruim 1600 gulden. Het huis moet gerepareerd worden. Zij willen publiek onroerende goederen verkopen om hun schulden te kunnen betalen en reparaties te maken. 1. Familieraad: voor kinderen uit huwelijk met Wilhelmina Verbakel, Jan van Hoof, neef bouwman Stiphout, Johan Kuijpers, neef gehuwd met Elisabeth van Hoof, bouwman Stiphout, Francis van Rooy, klompenmaker neef Gemert, Willem Wassenberg, oom, Jan Rooijackers, oom, Johan Melis, neef gehuwd met Anna Rooijackers, allen bouwlieden in Gemert. 2. Familieraad: voor het kind uit het huwelijk met Ida Verschuuren, eveneens Jan van Hoof, Johan Kuijpers en Francis van Rooy Zie boven), Hendrik Verschuuren, timmermansknecht oom Gemert, Jan Verschuuren, bouwman oom Gemert en Jacob Verschuuren, bouwmansknecht oom Gemert. Er wordt toestemming verleend een gedeelte te verkopen.

Comparanten: Jan van den Bergh, landbouwer, in Beek en Donk, als vader van Peter en Egidia, in echt verwekt bij Petronella van der Aa, overleden in Beek en Donk, 22 juni 1829; Martinus Pardoel, landbouwer, in Beek en Donk, als toeziend voogd; zij verklaren dat bij het overlijden van hun moeder aan de kinderen is gesuccedeerd: een huis, stal en schuur onder een dak met aangelag enz., belend de eene zijde den Armen van 's-Hertogenbosch, de andere zijde Nicolaas van den Oever. Verder bouw- en weiland genaamd de Spurgt, den Broekschen Kamp, hooiland in de Rieten, bouwland op het Ouwers, bouwland op het Winkel, het Nieuwveld, het Eeuwsel; alles in Beek en Donk. De goederen zijn belast met diverse obligaties, er is geen geld deze af te lossen. Familieraad: Martinus van den Oever, aangehuwd oom, landbouwer; Johan Kanters, aangehuwd oom, landbouwer; Hendricus van den Oever, aangehuwd oom, landbouwer; Adam van der Rijdt, oudoom, winkelier, Antonij van der Aa, neef, landbouwer; allen in Beek en Donk en Francis van Rooij, aangehuwd oudoom, klompenmaker in Gemert. Zij besluiten tot verkoop van deze onroerende goederen, zover als nodig is om de obligaties af te lossen en de verschuldigde rente te kunnen betalen.