De schepenen van het dorp Cuijk vormden met schepenen uit de dorpen Sint Agatha, Haps en Linden de zogenaamde hoofdbank van Cuijk. De hoofdbank van Cuijk - tegenwoordig zou men kunnen spreken van de agglomeratie Cuijk - vormde een bestuurlijke en een juridische eenheid.
De dorpen Cuijk, Sint Agatha, Haps en Linden bedisselden vroeger heel wat zaken gezamenlijk onder één gemeenschappelijk bestuur, daarnaast kenden deze dorpen ook een eigen afzonderlijk bestuur. Met uitzondering van het dorp Sint Agatha ontwikkelden de dorpen Haps en Linden zich tot gemeenten in onze tegenwoordige betekenis. Het dorp Sint Agatha daarentegen ging met het dorp Cuijk samen één gemeente vormen en nog lang hebben in de gemeente Cuijk & Sint Agatha de afdelingen Cuijk en Sint Agatha er een eigen financiële huishouding op na gehouden om van afzonderlijke bezittingen niet te spreken. De gemeente Linden werd in 1942 opgeheven. Een deel van Linden, namelijk Groot- Linden kwam bij de gemeente Beers en de rest kwam bij de gemeente Cuijk & Sint Agatha.
Het dorp Cuijk was niet alleen het voornaamste dorp in het territoir van de hoofdbank, doch ook het voornaamste dorp in het Land van Cuijk. In Cuijk resideerde de scholtis van het Land van Cuijk, daarnaast ook de landschrijver van het Land van Cuijk. De scholtis was een soortement "burgemeester" en officier van justitie. Hij was de onmiddellijke ondergeschikte van de ambtman van de Stad Grave en het Land van Cuijk, die in Grave zijn standplaats had. De landschrijver was niet alleen secretaris voor het Land van Cuijk, maar ook secretaris voor de hoofdbank van Cuijk en voor alle dorpen van het Land van Cuijk afzonderlijk.