Alle regesten van Bruggeman zijn opnieuw bewerkt. Alleen de regestennummers 627 en 629 zijn weggelaten, daar zij meer stukken betreffende een proces waren dan oorkonden of akten. Alle eigennamen van personen of stukken land, ook van de aangrenzende percelen, zijn met hun eigenaars vermeld, met uitzondering van herhalingen of indien het klooster zelf als belendend eigenaar voorkomt. Soms is na nauwkeurige vergelijking met het oorspronkelijk afgeweken van de tekst van Hermans in de Annales. Hermans laat trouwens dikwijls een notariële verklaring of de getuigen achterwege. Bij het Cartularium is niet naar de talloze regesten verwezen. Niet vermeld zijn verder de data, waarop de erfrenten moesten worden voldaan, als ook de maatsoorten. Meestal werd de Graafse maat gebezigd, uitzonderingen zijn soms medegedeeld. Dorsale notities zijn alleen overgenomen indien zij iets nieuws te melden hadden. Tot slot is de titulatuur van het klooster van St.-Agatha sterk beknot.
De werken van Berlière, Eubel en Gams werden geraadpleegd om de in de aflaatbrieven van 1315 en 1342 voorkomende geestelijken beter te kunnen localiseren. *
De kleur van de zegels is slechts vermeld, wanneer deze rood, geel of bruinachtig is. De overige zegels zijn in groene was.
H. Douma, St.-Agatha augustus 1971.