skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Mariët Bruggeman
Mariët Bruggeman Bhic
Menu
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Mariët Bruggeman
Mariët Bruggeman Bhic

Archieven

157 Regeringscommissaris Vluchtoord Hontenisse / Uden, 1914 - 1937

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Historisch overzicht
157 Regeringscommissaris Vluchtoord Hontenisse / Uden, 1914 - 1937
Inleiding
Historisch overzicht
Aan de duizenden vluchtelingen, die na de terugkeer van een groot deel van het, in Nederland bleven vertoeven, moest noodzakelijk een onderdak worden verschaft, voor zover zij zelf niet in staat waren daarin te voorzien, terwijl hun tijdelijk verblijven als kerken, scholen en andere openbare en particuliere gebouwen aan de bestemming daarvan teruggegeven moesten worden.
Behalve tijdelijke vluchtkampen en doorgangshuizen te Baarle-Nassau-Grens, Vlissingen, Hulst en Bergen-op-Zoom heeft in de eerste tijd vooral het kamp te Hontenisse voor de tijdelijke opneming van de vluchtelingen uit Zeeuws-Vlaanderen, en west-Brabant gediend, onder leiding van een Regeringscommissaris staande, met wie de Regeringscommissaris voor de vluchtelingen in N.-Brabant en Zeeland telkens overleg pleegde, alvorens hij hulpbehoevende vluchtelingen in het Vluchtoord Hontenisse deed opnemen. Het beheer van de Regeringscommissaris (weldra de Plaatsvervangende Regeringscommissaris) voor het Vluchtoord Hontenisse is steeds ondergeschikt gebleven aan de beslissingen van de Regeringscommissaris voor het Vluchtoord Uden, die de financiële aangelegenheden van het Vluchtoord Hontenisse zelf geheel in handen had.
Een definitief Vluchtoord met blijvend karakter werd dan te Uden opgericht, waar nog in 1914 de Regeringscommissaris tot de bouw van de slaaploodsen, en velerlei dienstgebouwen de nodige maatregelen nam, en de gehele organisatie van het toekomstige "Belgisch Dorp" voorbereidde met zo bekwame spoed, dat reeds half Februari 1915 de eerste vluchtoordbewoners konden worden opgenomen.
Het Vluchtoord Uden was geen concentratiekamp, veeleer was het een nederzetting, waarvan de bewoners zich konden gaan voelen als burger van een gewoon dorp en wel van hun "dorp", waarvan zij door allerlei kleine onzichtbare draden waren verbonden (Verdeyen blz. 119). Deze gemeente had een uitgesproken Belgisch karakter, doch er was meer; al was zij een "raadhuis" rijk, al werd de ambtenaar belast met de leiding "burgemeester" genoemd, een echte burgemeester was er niet, evenmin als een wethouder en gemeentebestuur of een gemeenteraad. Immers, de gehele zowel wetgevende als uitvoerende macht berustte in handen van de vertegenwoordiger van de Nederlandse Regering, de Regeringscommissaris.
Hij stelde dan ook verschillende reglementen van orde vast en richtte met een staf van ambtenaren en beambten de onderscheidene diensten in, noodzakelijk voor het lichamelijke en geestelijke welzijn van de V.O.-bewoners. Zo was onder de Regeringscommissaris, een ambtenaar belast met de leiding en engere zin, die door de vox populi kortweg "burgemeester" genoemd werd; aan een ambtenaar was de "Registratie" van de vluchtelingen opgedragen, een taak analoog aan die van een Ambtenaar van de Burgelijke Stand; verder waren er een verplegingsdienst, een kledingdienst, een medische-hygiënische dienst, een dienst voor het onderwijs en de volksontwikkeling onzer chefs; de godsdienstige verzorging onder geestelijk; en eindelijk de dienst van de werkverschaffing onder een Directeur en velerlei afdelingen, waarbij het eigenaardige "Puntenstelsel" aandacht verdient, een betaalsysteem met bonnen rechtgevend op nuttige winkelwaren of inlagen te Postspaarbank.
Het is deze "Werkverschaffing", die het vluchtoord een communistisch karakter gegeven heeft, niet zozeer omdat de behandeling voor iedereen hetzelfde was, maar omdat de arbeid aan het geheel werd dienstig gemaakt. (Verdeyen, België in Nederland, 1914-1919. blz. 121)Art. 2 van de Algemene Bekendmaking bevatte een oproeping tot de arbeid en bepaalde tekens, dat daarvoor geen geld zou worden betaald, maar een vergoeding volgens een "puntensysteem", ontleend aan en het eerst in werking gebracht in het tijdelijke verblijf van vluchtelingen te Baarle-Nassau. Bij de uitvoering werd niet gedacht aan een vooropgezet stelsel van communisme of enige "Civitas Dei", maar in de praktijk is het puntenstelsel een zuiver communistisch stelsel geworden (idem). Hoe rudimentair qua sociaal systeem het puntenstelsel ook moge geweest zijn, het was alleszins een belangwekkend en vruchtdragend experiment.
Het geldelijk-administratief en het kasbeheer was opgedragen aan de Administrateur, wiens betaling door de accoordbevinding van de betrokken afdelingschef moesten gedekt zijn.
De controletaak van de Regeringscommissaris strekte zich verder, behalve over het kasbeheer en de leveranties en de voorraadvorming. De levering van levensmiddelen, voor zover niet door tussenkomst van het Rijks-Centraal-Distributiebedrijf geschiedde, werd openbaar aanbesteed.
Met de Regeringscommissaris van andere Vluchtoorden werd in 1917 en later herhaaldelijk overleg gepleegd, teneinde eenheid in de wijze van voeding en verzorging van de vluchtelingen te brengen, en de meest voordelige leveringen voor 's Rijksschatkist te bevorderen.
Enkele passages van deze inleiding zijn ontleend aan het reeds geciteerd boek van Verdeyen; voor verdere bijzonderheden omtrent het inwendig leven en het administratief radarwerk van het Vluchtoord, kan, behalve naar de verslagen, in de laatste afdeling van de inventaris vermeld, verwezen worden naar dit, in 1920 bij Nijhoff uitgegeven, geïllustreerde boekwerk: België in Nederland. 1914-1919. De Vluchtoorden Hontenisse en Uden, door R.W.R. Verdeyen, thans hoogleraar te Luik, die zelf plaatsvervangend Regeringscommissaris voor Hontenisse is geweest, in Uden als Directeur van de werkverschaffing fungeerde en aldus zijn indrukken van de vluchtelingenepisode uit eigen ervaring op levendige en onderhoudende wijze heeft weergegeven. Merkwaardig is ook zijn samenvattende beoordeling op blz. 129, welke o.a. inhoudt, dat de geheel op zichzelf staande inrichting van het vluchtoord, welke wellicht enig is geweest tijdens de wereldoorlog, geleidelijk haar eigen atmosfeer gekregen heeft, en dat de massa, die in het vluchtoord ongeweten in rechtstreeks contract is gekomen met actuele maatschappelijke problemen en haar onbekende sociale instellingen, die in deze atmosfeer jarenlang geleefd heeft en er door beïnvloed is, niet onvoorbereid zou staan tegenover tal van de oorlog noodzakelijk geworden reorganisaties in het maatschappelijk leven van België.
Op 12 November 1914 aanvaarde overste J.P.A. Wilhelm de taak van Regeringscommissaris van het voorlopige vluchtoord te Hontenisse, doch werd reeds een maand later belast met de inrichting van het definitieve vluchtoord in de gemeente Uden, terwijl hij te Hontenisse vervangen werd door de hem toegevoegde ambtenaar R.W.R. Verdeyen, die plaatsvervangend Regeringscommissaris gebleven is tot 5 Mei 1915, toen het Vluchtoord Hontenisse feitelijk opgeheven was door overbrenging van de bewoners naar Uden of naar het Vluchtoord te Nunspeet.
Op 17 december 1914 nam overste Wilhelm het inrichten van het vluchtoord te Uden ter hand en bleef als Regeringscommissaris werkzaam tot het voorjaar van 1920, toen het Vluchtoord Uden als zodanig ophield te bestaan, doordat de vluchtelingen naar elders vertrokken waren, en voor de barakken enz. een nieuwe bestemming gevonden was.
De formele ontheffing van de Regeringscommissaris was vermoedelijk inbegrepen in de ministeriële beschikking van 22 Okt. 1920 vernoemd, waarbij het Regeringscommissariaat voor de vluchtelingen in Noord-Brabant en Zeeland opgeheven werd en aan overste Wilhelm als zodanig eervol ontslag verleend.
Voor de verdere personalia van al degene, die in enige functie aan het Vluchtoord verbonden zijn geweest, kan worden verwezen naar het boek van Verdeyen, boven vermeld, en naar de betreffende nummers van de inventaris.
Het archief
Aanwijzingen voor de gebruiker

Kenmerken

Datering:
1914-1937
Vindplaats origineel:
BHIC 's-Hertogenbosch