Zoals hiervoor vermeld is, werden het hof van assisen, de rechtbanken van eerste aanleg en koophandel, alsmede de vredegerechten in 1838 opgeheven. De vraag rijst nu wat er met hun archieven gebeurd is na die tijd. Er zijn twee bepalingen geweest die voor deze zaak van belang waren. Artikel 2 van het Koninklijk Besluit van 8 juni 1829 bepaalde dat archivalia van de rechtbanken van eerste aanleg zouden worden bewaard bij het te vormen archief van de arrondissementsrechtbanken. Artikel 5 van dit K.B. bepaalde dat de archivalia van de vredegerechten zouden komen te berusten onder de gemeentebesturen bij welke zij volgens het Franse decreet van 28 Brumaire jaar VI (1797) jaarlijks moesten worden gedeponeerd. Zoals we zullen zien is dit bij deze archieven niet altijd gebeurd. Vaak werden de stukken bewaard in de griffie van een naburig kantongerecht.
De archieven van het Hof van Assisen te 's-Hertogenbosch en zijn Procureur-Crimineel zijn bewaard gebleven bij de archieven van het Gerechtshof. In 1922 werden ze krachtens het K.B. van 28 augustus 1919 (Staatsblad 547) overgedragen aan het rijksarchief in Noord-Brabant.
De archieven van de Rechtbank van Eerste Aanleg te Breda, de Officier van Justitie en de Rechtbank van Koophandel werden bewaard ter griffie van de Arrondissementsrechtbank te Breda. Ze werden krachtens het hiervoor genoemd K.B. overgedragen aan het rijksarchief in 1924 en 1925. In 1933 werden ze door de rijksarchivaris in Noord-Brabant bij het gemeentearchief in Breda in bewaring gegeven. In 1986 zijn ze wederom in het rijksarchief teruggekeerd.
De archieven van de Rechtbank van Eerste Aanleg te 'sHertogenbosch, de Officier van Justitie en de Rechtbank van Koophandel werden ter griffie van de Arrondissementsrechtbank bewaard. Ze werden krachtens voornoemd K.B. tussen 1922 en 1925 in gedeelten overgedragen aan het rijksarchief.
Het archief van het Vredegerecht Asten werd eerst bewaard ter griffie van het Kantongerecht. Na de opheffing ervan in 1877 kwamen de stukken terecht in de griffie van het Kantongerecht van Helmond. Krachtens voornoemd K.B. werden ze in 1924 aan het rijksarchief overgedragen. In 1919, 1921 en 1933 werden nog enkele aanvullingen van de gemeente Asten overgenomen.
Het archief van het Vredegerecht Bergen op Zoom werd bewaard in de griffie van het Kantongerecht aldaar. Door de griffier werd het krachtens voornoemd K.B. in 1924 aan het rijksarchief overgedragen.
Het archief van het Vredegerecht Boxtel werd eerst bewaard op de griffie van het Kantongerecht. Na de opheffing ervan in 1877 kwamen de stukken in de griffie van het Kantongerecht van 's-Hertogenbosch. Vandaar zijn ze krachtens voornoemd K.B. in 1922 overgedragen aan het rijksarchief.
Het archief van het Vredegerecht Breda werd bewaard ter griffie van het Kantongerecht. Krachtens voornoemd K.B. werd het overgenomen door het rijksarchief in 1924. In 1933 werd het in bewaring gegeven aan het gemeentearchief van Breda. In 1986 werden de stukken weer aan het rijksarchief teruggegeven.
Het archief van het Vredegerecht Eindhoven bleek te berusten in het gemeentearchief van Eindhoven. Het werd in 1929 overgedragen aan het rijksarchief. In 1956 werd het archief aan de gemeentearchivaris van Eindhoven in bewaring gegeven. In 1986 kwam het voor de tweede maal terug op het rijksarchief.
Bijna alle stukken van het archief van het Vredegerecht Gemert werden in 1973 en 1988 door het gemeentearchief aan het rijksarchief overgedragen. Slechts één omslag kwam in 1924 uit de griffie van het Kantongerecht Helmond.
Het archief van het Vredegerecht Ginneken werd bewaard op de griffie van het Kantongerecht. Na de opheffing ervan in 1877 werden de stukken overgebracht naar de griffie van het Kantongerecht Breda. Krachtens voornoemd K.B. werden de stukken in 1924 overgedragen aan het rijksarchief. Bovendien werd in 1933 een klein deel overgenomen van de gemeente Ginneken.
De archieven van de Vredegerechten Helmond en 's-Hertogenbosch werden in de griffie van de Kantongerechten bewaard en respectievelijk in 1924 en 1922 overgedragen aan het rijksarchief krachtens voornoemd K.B.
Het archief van het Vredegerecht Heusden werd bewaard ter griffie van het Kantongerecht, vanwaar het krachtens voornoemd K.B. in 1924 werd overgenomen. Later zijn er afgedwaalde stukken, zowel uit de griffie van het Kantongerecht 's-Hertogenbosch als uit het archief van de schepenbank te Heusden aan toegevoegd.
Het archief van het Vredegerecht Hilvarenbeek werd bewaard ter griffie van het Kantongerecht Oirschot en werd vandaar aan het rijksarchief krachtens voornoemd K.B. in 1924 overgedragen. Een ander deel bevond zich in het gemeentearchief van Hilvarenbeek en werd in 1932 aan het rijksarchief overgedragen.
Het archief van het Vredegerecht Sint-Oedenrode is bewaard in het gemeentearchief en werd krachtens voornoemd K.B. in 1927 aan het rijksarchief overgedragen.
Het archief van het Vredegerecht Oirschot werd bewaard in het gemeentearchief van Oirschot en in 1933 krachtens voornoemd K.B. aan het rijksarchief overgedragen. Enkele nummers werden in 1952 toegevoegd uit het archief van het kantongerecht Oirschot.
De archieven van de Vredegerechten Oosterhout en Oss werden bewaard ter griffie van de Kantongerechten aldaar en vandaar in 1924 krachtens voornoemd K.B. overgedragen aan het rijksarchief.
Het archief van het Vredegerecht Oudenbosch werd bewaard ter griffie van het Kantongerecht. Na de opheffing daarvan in 1877 werd het bewaard in de griffie van het Kantongerecht Zevenbergen, vanwaar het in 1924 krachtens voornoemd K.B. werd overgedragen aan het rijksarchief.
De archieven van de Vredegerechten te Ravenstein en Roosendaal werden respectievelijk bewaard ter griffie van de Kantongerechten Oss en Zevenbergen en werden in 1924 krachtens voornoemd K.B. overgedragen aan het rijksarchief. Van het Vredegerecht Ravenstein bleken er ook nog stukken in het gemeentearchief te berusten. Deze werden in 1942 overgenomen door het rijksarchief.
Het archief van het Vredegerecht Tilburg werd bewaard ter griffie van het Kantongerecht en krachtens voornoemd K.B. in 1928 aan het rijksarchief overgedragen. In 1952 werd het in bewaring gegeven aan het gemeentearchief van Tilburg. In 1980 werden opnieuw stukken door de griffier van het Kantongerecht aan het rijksarchief overgedragen. De stukken uit het gemeentearchief van Tilburg keerden in 1985 en 1988 terug op het rijksarchief.
In 1980 werden de archieven vanuit het rijksarchief in Noord-Brabant aan de Waterstraat overgebracht naar het hulpdepôt van de rijksarchiefdienst te Schaarsbergen. Vandaar werden ze weer in 1985 teruggevoerd naar het nieuwe rijksarchief in de Citadel te 's-Hertogenbosch.
Al deze rechterlijke archieven zijn kort na de overname in de twintiger jaren van deze eeuw geïnventariseerd door mr. W.F.H. Oldewelt. Aangezien de indeling van deze inventarissen niet geheel en al duidelijk was en het taalgebruik verouderd en te specialistisch, werd tot een nieuwe inventarisatie besloten. In de eerste helft van de jaren tachtig, toen de nieuw-rechterlijke archieven in het hulpdepôt van de rijksarchiefdienst te Schaarsbergen bewaard gebleven zijn, heeft er hernummering plaatsgehad van de archieven van de Rechtbank van Eerste Aanleg, de Rechtbank van Koophandel en de Officier van Justitie bij de Rechtbank van Eerste Aanleg te 's-Hertogenbosch, zodat de inventarisatie van Oldewelt voor deze archieven zijn actualiteit verloor. Omdat de hernummering in Schaarsbergen slechts korte tijd bestaan heeft en er weinig gebruik van gemaakt is, in tegenstelling tot de door Oldewelt aangebrachte nummering - is alleen een concordans gemaakt op deze laatste, bijlage 4, blz. 169. Omdat de in 1811 ontstane rechterlijke instanties slechts tot de invoering van een nationale rechterlijke organisatie in 1838 hebben gefunctioneerd, zijn de rechterlijke archieven over de jaren 1811-1838 tesamen geïnventariseerd. Aan het hele fonds is een doorlopende nummering gegeven wegens de vele kleine archieven.
De taken van de rechtbank worden in dit schema onderscheiden in rechtspraak en buitengerechtelijke zaken. Bij "rechtspraak" neemt de rechtbank een beslissing (vonnis of beschikking); bij "buitengerechtelijke zaken" is dat niet het geval. De "rechtspraak" valt uiteen in burgerlijke en strafzaken. De burgerlijke zaken vallen uiteen in zaken die bij dagvaarding en zaken die bij rekest zijn aangebracht. De zaken, bij dagvaarding aangebracht, eindigen meestal met een vonnis. Hier gaat het over processen waarbij twee partijen een geschil hebben en tegenover elkaar staan. In de rekestprocedures trachten de rechtzoekenden meestal een voorziening te verkrijgen van de rechtbank. De buitengerechtelijke zaken worden onderverdeeld in deponering (van allerlei stukken, verklaringen ter griffie), toezicht op functionarissen, huishoudelijke en financiële zaken, alsmede griffiezaken.
Wat onder het hoofd "burgerlijke zaken" staat bij de vredegerechten, zijn zaken waarbij partijen in een werkelijk geschil tegenover elkaar staan. Dit is gedaan om dit onderdeel zuiverder tegenover strafzaken te stellen en omdat het om een veel kleinere hoeveelheid stukken gaat dan bij de andere rechterlijke colleges.
W.M. Lindemann, 1989