Actum anno xvC vyerenveertich achtien dage in Januario.
Voor dezelfde schepenen van Breda [Cornelis vanden Corput en Pauwels van Haestricht], neemt Peter Jan Henricxzoon van Beeck, voor zich, zijn dochter en zijn vrouw, in pacht van Jan Thomaeszoon vanden Weghe, als rentmeester van St. Catharinadal, een erf van 6 roeden en 12 voeten, en ophetwelk huurder 2 huizen gebouwd heeft, « gelegen tot Breda opten hoeck van de ackerstrate, zuytwaert aende selve ackerstrate, westwaert aen Josephs de Wilde hof ende erve, noortwaert aen Jan Lodewycx hoff ende erve », voor 24 stuivers en 3 oort.
Actum anno xvC vyerenveertich achtien dage in Januario.
Voor dezelfde schepenen van Breda [Cornelis vanden Corput en Pauwels van Haestricht], neemt Peter Jan Henricxzoon van Beeck, voor zich, zijn dochter en zijn vrouw, in pacht van Jan Thomaeszoon vanden Weghe, als rentmeester van St. Catharinadal, een erf van 6 roeden en 12 voeten, en ophetwelk huurder 2 huizen gebouwd heeft, « gelegen tot Breda opten hoeck van de ackerstrate, zuytwaert aende selve ackerstrate, westwaert aen Josephs de Wilde hof ende erve, noortwaert aen Jan Lodewycx hoff ende erve », voor 24 stuivers en 3 oort.
Op rugzijde : Clooster van Sint-Katelyndale. — Jan Henricks. van Beeck, Ursuel tweede man xxiiij st. iij ort. — Ackerstraet (XVIIe e.). — Numero 3. fol. 25 vso. — N° 2. — 1544, 18 Januarij (XVIIIe e.).
Afschrift : Cart. B, fol. 63.