Archieven

42 Extract uit het testament van Jenneken Corsten Smits gepasseerd te Schijndel voor notaris Jan van den Heuvel en getuigen op 3 november 1664 waarin ze het volgende legateert: aan Anthony natuurlijke zoon van Corstiaen Anthonissen verwekt bij Geertruyt Ariens van den Sande tot alimentatie een akker genaamd den Tolacker 3 lop. te Schijndel ‘op d’Ackeren achter de Kercke’ naast de weduwe Hendrick Corst Tonissen en Adriaan Hendrick Huijben. Gecollationeerd door secretaris de Jong – 5 juli 1696.

41 Request aan de Raad van Brabant van Rutger Janssen van Berckel in verband met zijn buitenechtelijk kind met het verzoek om een legitimatiebrief – 1696.

40 Schepenen van Schijndel te weten Jan Peters Verweteringe en Geerart Claessen van Gerwen verklaren dat Rutger Jan Huijgen van Berckel als oud jongeman, wonende te Schijndel, ongeveer 13 of 14 jaren geleden bij Dircxken Hendricsen van den Ende, in die tijd jonge dochter en dienstmaagd, wonende bij Amijs Harmans van Boeckel binnen Schijndel, een kind heeft verwekt nl. een zoon met name Jan Huijgen van Berckel nu nog in leven zijnde, welk Dircxken enige tijd daarna is getrouwd en genoemde Rutger van Berckel heeft genoemde zoon tot op heden zo goed mogelijk proberen te onderhouden. Ondertekend door secretaris G.W. de Jong – 21 juni 1696.

39-vervolg * Specificatie van onkosten gemaakt door Hr. Wernaert van de Ven i.v.m. de nalatenschap van Willem van Luth over een totaalbedrag van 565-11-0. Hierin worden betalingen aan personen opgegeven en bijzonderheden o.a.: Mighiel van Oirschot, Adriaen Geerarts de Roij timmerman voor een doodkist met 10 schroefnagels, Anthony Hermans voor luigeld en het maken van het graf, aan de kerkmeesters voor de kerkrechten, aan Gijsbert van Dijck voor geleverd lint voor de takken van de dragers als vanouds gebruikelijk, een linnen doodskleed, het reinigen van het lichaam ontkleden en afleggen, de kar waarmee de zieke van Luth van Bladel naar Waalwijk is overgebracht nl. drie dagen mede vanwege ‘de strenge coude, sware sneeuw ende ongebaende wegen, door de strenge kou genoodzaakt een andere chirurgijn aan te stellen; levering van 700 koeken, de huisvrouw van Peter Schut vanwege geleverde wijn, brandewijn en jenever gedurende de ziekte en de begrafenis, op uitvaart en begrafenis zowel oude als jonge lieden getracteerd in totaal 52 personen, vuur en licht op de uitvaart vanwege de harde kou. Vanaf september 1694 is van Luth langdurig ziek geweest en is hij i.v.m. zijn kwalen genoodzaakt geweest de hulp in te roepen van chirurgijn van de Ven, die hem veelvuldig medicamenten en medicijnen heeft gestuurd. Uiteindelijk is hij overgebracht op 11 januari 1695 naar het huis van chirurgijn van de Ven en die verklaart t.a.v. de patiënt ‘alhier thuys comende hebbe bevonden aen zyn rugh en heupen verscheyden accedenten te hebben seer swart gegraneert sijnde vergeselschapt met een grooten viementen stanck en vuyligheyt der selven twee of driemael des daeghs, als mede des naghts verbonden en verschoont tot den eynde zyns levens toe’. Voor vuur licht kost en drank voor de wakers; voor kost drank suiker en kruiden voor de patient zelf; in october 1688 heeft van Luth een koffertje met 1000 gulden naar Waalwijk gebracht; in november van dat jaar, na de brand te Bladel, heeft hij enige dagen gelogeerd te