Mijn Studiezaal (inloggen)178.183 Resoluties Raad van State (178.183)
19 Vrouwe van Asten
" Den 8e februari lestleden was aende VROUWE CATHARINA VAN BREDERODE VROUWE DOUAGERE tot ASTEN inde meijerije vanden Bosch toegestaen 4 carospeerden nae haere woonplaetse te voeren binnen een maent nae de concessie vandien - nu vertoont de suppliant dat dien tijt seer naer overstreken is zonder dat den uytvoer der vs. peerden is gedaen, weshalven sij versoeckt prolongatie van noch 14 dagen om middelertijt deselve peerden te mogen uytvoeren, waerop gelet sijnde, is de versochte prolongatie toegestaen".
" Den 8e februari lestleden was aende VROUWE CATHARINA VAN BREDERODE VROUWE DOUAGERE tot ASTEN inde meijerije vanden Bosch toegestaen 4 carospeerden nae haere woonplaetse te voeren binnen een maent nae de concessie vandien - nu vertoont de suppliant dat dien tijt seer naer overstreken is zonder dat den uytvoer der vs. peerden is gedaen, weshalven sij versoeckt prolongatie van noch 14 dagen om middelertijt deselve peerden te mogen uytvoeren, waerop gelet sijnde, is de versochte prolongatie toegestaen".
178.183 Resoluties Raad van State (178.183)
12 " Gesien het advis vanden ontfanger GANS van date den 16e deses opte requeste vande INGESETENEN VAN ASTEN heden den 4e december 1640 toegesonden, is goetgevonden het versoeck van quytscheldinge bij d evs. requeste gedaen aff te slaen, doch aenden supplianten geaccordeert dat hij heure tachterheden sullen mogen betalen in plaetse van bij dobbele maenden met drie maenden sjaers, neffens de loopende contributien".
178.182 Resoluties Raad van State (178.182)
95 Pastorale goederen
" Is gelesen naeder bericht vanden rentmr. SCHUYL opde requeste van JAN DOIGNIES die hem den 6e der verleden maent voor de tweede mael is toegesonden luydende het voors. bericht als volgt:
Edele Mogende Heeren. Omme U Ed. Mo. volgens derselver last vanden 6e deser maent naerder bericht te geven opde requeste van JAN DOIGNIES woonende tot Flosse (?) inden lande van Luyck ofte den gestorven man pastoor is geweest ofte capellaen ende soo hij maer capellaen geweest is, waerop ick dan het aenslaen van de goederen wil fonderen, sal onderdanichlick dienen dat den gestorven man genaemt VERDONSCHOT [of: Verdenschot, maar de familienaam Verdonschot komt frequent voor in omgeving Asten/Deurne e.o.] die den voors. Jan Doignies in sijne requeste seght gestelt heeft tot ASTEN om als VICARIS de PASTORIJE VAN ASTEN te bedienen, is geweest pastoor uytwijsens selffs de voors. requeste, als anders d'attestatie vanden regeerders van ASTEN, daerbij verclaert wort de vs. VERDONSCHOT de pastorie van Asten bedient heeft als vicaris, want notoir is, ende tot de reductie vande stadt vanden Bosch altoos geobserveert, wanneer den vicaris tot Asten is comen te overlijden dat alsdan eenen anderen vicaris bij den PERSOON VAN ASTEN is gepresenteert [in Asten was sprake van een personaat - eigen notite] ende bijden BISSCHOP VANDEN BOSCH geinstitueert tot vicarius perpetuus (dewelcke is venis pastoor ?) in voegen als de pastoors van Rosmalen, Nulant, Dinter, Schijndel, Breugel ende andere plaetsen meer, tot vicarii perpetii sijn geinstitueert geweest ende nae hun overlijden de PASTORALE GOEDEREN aent lant gecomen ende worden ten proffijte van 't selve gebeneficieert sulcx dat den vicaris van Asten deur den Bisschop geinstitueert sijnde inde pastorije ende bij hem selven bestaende als pastoor niet en heeft mogen gemoveert werden te believen vanden voorn. Jan Doignies, gelijck met de capellanen, die alleen dependerende vande pastoors, als bijde selve gestelt sijnde,
" Is gelesen naeder bericht vanden rentmr. SCHUYL opde requeste van JAN DOIGNIES die hem den 6e der verleden maent voor de tweede mael is toegesonden luydende het voors. bericht als volgt:
Edele Mogende Heeren. Omme U Ed. Mo. volgens derselver last vanden 6e deser maent naerder bericht te geven opde requeste van JAN DOIGNIES woonende tot Flosse (?) inden lande van Luyck ofte den gestorven man pastoor is geweest ofte capellaen ende soo hij maer capellaen geweest is, waerop ick dan het aenslaen van de goederen wil fonderen, sal onderdanichlick dienen dat den gestorven man genaemt VERDONSCHOT [of: Verdenschot, maar de familienaam Verdonschot komt frequent voor in omgeving Asten/Deurne e.o.] die den voors. Jan Doignies in sijne requeste seght gestelt heeft tot ASTEN om als VICARIS de PASTORIJE VAN ASTEN te bedienen, is geweest pastoor uytwijsens selffs de voors. requeste, als anders d'attestatie vanden regeerders van ASTEN, daerbij verclaert wort de vs. VERDONSCHOT de pastorie van Asten bedient heeft als vicaris, want notoir is, ende tot de reductie vande stadt vanden Bosch altoos geobserveert, wanneer den vicaris tot Asten is comen te overlijden dat alsdan eenen anderen vicaris bij den PERSOON VAN ASTEN is gepresenteert [in Asten was sprake van een personaat - eigen notite] ende bijden BISSCHOP VANDEN BOSCH geinstitueert tot vicarius perpetuus (dewelcke is venis pastoor ?) in voegen als de pastoors van Rosmalen, Nulant, Dinter, Schijndel, Breugel ende andere plaetsen meer, tot vicarii perpetii sijn geinstitueert geweest ende nae hun overlijden de PASTORALE GOEDEREN aent lant gecomen ende worden ten proffijte van 't selve gebeneficieert sulcx dat den vicaris van Asten deur den Bisschop geinstitueert sijnde inde pastorije ende bij hem selven bestaende als pastoor niet en heeft mogen gemoveert werden te believen vanden voorn. Jan Doignies, gelijck met de capellanen, die alleen dependerende vande pastoors, als bijde selve gestelt sijnde,
Vervolg:
wederomme 't haeren believen connen geamoveert worden, maer het heeft den voorn. vicarius perpetuus van Asten, die als geseijt is venis pastoor is, de goederen tot de pastorije van Asten behorende absoluut genoten welcke goederen oock nae 't overlijden vanden ouden pastoor ofte vicarius tot Asten, gevallen nae de reductie vande stadt vanden Bosch, aent lant gecomen sijn ende door mij, als ick opden 17e [of 27e ?] july voorleden aen U Ed. Mo. overgeschreven hebbe tot bericht opde requeste vanden voorn. Jan Doignies, aengeslgen ten proffijte vant lant volgens U Ed. Mo. order ende resolutien vanden 20e meij ende 4e july 1633, houdende in effect dat ick niet en soude gedogen dat eenige nieuwe gestelde pastoors inde meijerie vanden Bosch de pastorale goederen souden genieten, maer dat ick derselver goederen soude hebben aen te slaen ten proffijte van't lant ende dienvolgens de pachters vande TIENDEN VAN ASTEN van tijt tot tijt gewaerschout dat sij aen't lant in mijne handen souden hebben te leveren ende te betalen soodanige acht mudden corens als de pastorije van Asten uyt de tienden van Asten jaerlicx is competerende te rekenen nae 't overlijden vanden ouden pastoor ofte vicarius gevallen is ofte ontrent den jaere 1633, maer en is daerop niet gevolght, sulcx dat ick genootsaeckt ben geweest volgens d'appostille gestelt opde rekeninge vande geestelicke goederen van tjaer 1637 folio iiic xli verso [341 verso] ende d'ordre van U Ed. Mo. vanden 7e december 1639 op aenwijsinge vande regeerders van Asten alhier in GIJSELINGE te doen brengen BONAVENTUER MATTHIJS als gepacht ofte gebruyckt hebbende de TIENDEN VAN ASTEN om op hem te verhaelen de vs. acht mudden corens jaerlicx, die de voorn. pastorije uyt de tiendenvan Asten is competerende, daerinne dunckt mij (onder dienstelicke correctie) den voorn. Jan Doignies in 't minste geen reden en heeft nu opde pstorale goederen van Asten te willen pretenderen,
Vervolg 2:
daertoe hij voor de reductie vande stadt vanden Bosch, als kennelick is, gerecht en heeft gehadt, maer dat deselve pastorae goederen nae 't overlijden vanden ouden pastoor, gevallen nae de reductie der vs. stadt, behoorden ten proffijte vant lant aengeslagen te blijven ende den voorn. Bonaventuer Matthijs alhier in gijselinge gedetineert tot dat 't lant de voors. acht mudden corens jaerlicx die de voors. pastorije uyt de tienden van Asten is competerende, sal hebben geproffiteert, sints het overlijden vanden voorn. ouden pastoor van Asten - op alle 't gene voors. is gelet sijnde heeft den Rade sich met het advis vanden voorn. rentmr. geconformeert ende het versoeck vanden suppliant dyenvolgende aff te slaen".
Persoon in schepenakte:
Jan Doignies
N Doignies
U Ed
Datering:
woensdag 5 september 1640
Pagina:
595
Plaats:
Asten
Toegangsnummer:
178
Inventarisnummer:
Bron:
Raad van State
Geografische namen:
178.182 Resoluties Raad van State (178.182)
84 Paap
" Gesien het advis vanden rentmeester SCHUYL vanden 17e july lestleden opte requeste van JAN DOIGNIES dewelcke hem den 12e derselver maent is toegesonden, houdende tselve advis dat de voorn. Doignies int minste geen reden heeft zedert den jaere 1632 op het incomen van sekere PASTORIJE VAN ASTEN te pretenderen, maer dat de goederen vandien nae t'overlijden vanden ouden pastoor gevallen naede reductie vande stadt van Den Bosch behoorden ten proffijte vant lant aengeslagen te worden ende dat oversulcx eenen BONAVENTUER MATHIJSS. pachter vande voors. goederen die hierover IN GIJSELINGE IS GEDETINEERT, aldaer mach blijven tot dat het lant de acht mudden coren jaerlicx, die de voors. pastorije jaerlicx uyt de TIENDEN VAN ASTEN is competerende, sal hebben geproffiteert, sints het overlijden vanden ouden pastoor van Asten, is goetgevonden den voors. requeste aenden voorn. SCHUYL wederom te seijnden om naeder advis off den gestorven man pastoor geweest is off cappellaen ende soo hij maer cappelaen geweest is, waerop hij Schuyl dan het aenslaen vande goederen wil fonderen".
" Gesien het advis vanden rentmeester SCHUYL vanden 17e july lestleden opte requeste van JAN DOIGNIES dewelcke hem den 12e derselver maent is toegesonden, houdende tselve advis dat de voorn. Doignies int minste geen reden heeft zedert den jaere 1632 op het incomen van sekere PASTORIJE VAN ASTEN te pretenderen, maer dat de goederen vandien nae t'overlijden vanden ouden pastoor gevallen naede reductie vande stadt van Den Bosch behoorden ten proffijte vant lant aengeslagen te worden ende dat oversulcx eenen BONAVENTUER MATHIJSS. pachter vande voors. goederen die hierover IN GIJSELINGE IS GEDETINEERT, aldaer mach blijven tot dat het lant de acht mudden coren jaerlicx, die de voors. pastorije jaerlicx uyt de TIENDEN VAN ASTEN is competerende, sal hebben geproffiteert, sints het overlijden vanden ouden pastoor van Asten, is goetgevonden den voors. requeste aenden voorn. SCHUYL wederom te seijnden om naeder advis off den gestorven man pastoor geweest is off cappellaen ende soo hij maer cappelaen geweest is, waerop hij Schuyl dan het aenslaen vande goederen wil fonderen".