met annex der gecol. kopij sub no. ii . Johanna Engelberta Tieboel, rentenierse woonachtig te Grave, echtgenote van den heere Jacob Carel Wilhelm Ruhle van Lilienstern, volmagt gevende aan Johannes Arent Pluim, Jan Boerkool en Petrus Johannes Soer, alle drie woonachtig te Amsterdam, zoo te zamen als ieder afzonderlijk tot het teekenen en inleveren der billetten van overschrijving, benodigd tot het transporteren van alle kapitalen en het grootboek, zoo in de rationale werkelijke rentgevende als uitgestelde schuld ingeschreven ten name van Tieboel/ Pieter Balen, als administrateur over het gene waar van Johanna Lentgens het vruchtgebruik moet genieten, op gekomen uit den boedel van Margaretha Cloot, weduwe Nicolaas./te Dordrecht.
Francis Meulendijks, bouwman woonachtig te Asten ter eenre; en Peter van der Venne wolspander wonende te Grave, ter andere zijde.
Adrianus Koppes Molenaar woonachtig te Stiphout ter eenre, Pieter Andries van Eeden Gepasporteerd Soldaat mede te Stiphout woonachtig, ter andere zijde.
Francis Vorstenbosch bouwman woonachtig te Uden, ter eenre, Michiel Voet boerenarbeider te Deursen woonachtig ter andere zijde.