Archieven

1 Bericht op een rekest van die van Sint Michielsgestel in het kwartier Oisterwijk, die een verzoek hebben ingediend om continuatie over een periode van 10 jaren van hun octrooi dd. 26.8.1699 betreffende de reële omslagen van de verpondingen over de huizen, landerijen, molens en tienden.

69 Memorie door de gewezen president en regenten een de rentmeester generaal der domeinen in verband met de hoge watervloed in februari 1767, waardoor de polder van Vught onder water is gelopen en de dijk doorgebroken van de weg van Vught naar Sint Michielsgestel, waardoor een deel van de dijk was weggespoeld. Er is een schouwvoering geweest en men treft dat gat in de dijk ongerepareerd aan en vervolgens wordt tot reparatie overgegaan

49 Memorie n.a.v. een request van de Heer Du Tour Heer van Sint Michielsgestel inzake de visserij op de Dommel, waartoe hij sinds oude tijden het recht heeft. Het betreft zowel de Benedenstroom beginnende te Boxtel tot aan de sluis en de Bovenstroom van de sluis tot aan Den Bosch. Uit het stuk blijkt dat de sluizen diverse malen zijn verlegd. Voorts volgen een serie interessante details over de Dommel ter plaatse en worden de volgende perceelsnamen gegeven het Duijvenhuijs, de Corenbeemden, Jan Rutten Corenbeemden, casteel Nieuw Herlair, de Moolenstroom. Er wordt beweerd dat er zelfs lijken over de Dommel getransporteerd werden, hetgeen volgens Du Tour een bewijs is dat er sprake is van ‘vrije passagie’

41 Interrogatie n.a.v. het request van luitenant kolonel Du Tour in verband met de loop van de rivier de Dommel. Hiertoe zijn uitgenodigd enige oude Gestelnaren nl. Jan Joorden van de Ven in de ouderdom van 83 jaren en Jan Goossens van Helmont 85 jaren oud. Ze leggen o.a. een verklaring af over de gracht achter het kasteel van Nieuw Herlair, de beneden- en de bovenstroom van de rivier, een afgegraven weide van Mevrouw Adama te Nieuw Herlair achter het kasteel toebehorende aan Hendrick van Eijndoven, het waardje toebehorende aan Haanwijk, een nieuwe sloot aangelegd op verzoek van de oude Heer van Oirschot toen die Haanwijk bewoonde en tenslotte een ‘fontijnmolen’. Voorts verklaren ze dat de loop van de Dommel ligt tussen de weide van de weduwe van Peter van der Cammen en ‘den Burghamer daar den balck nu legt en soo vervolgens langs Rooijenburg en Haanwijck’. Getuigen bij deze ondervraging waren Laurens van Montfort en Adriaan Brocx schepenen te Sint Michielsgestel