Archieven

128 In de naam van de Heer amen. Vandaag 23 oktober 1645 verscheen voor mij notaris en getuigen Adriaen Hendrick Willems gezond van lijf en leden en diens vrouw Anneken dochter van Marten Geerts ziek in bed liggend, beiden in het bezit van hun verstand en geheugen. Ze beseffen de broosheid van de menselijke natuur, de zekerheid van de dood en de onzekerheid van de tijd waarop en willen daarom eerst hun testament hebben opgemaakt en willen het als zodanig hebben uitgevoerd ook al zou het op sommige punten strijdig zijn met ander recht. Ze bevelen hun zielen zodra ze zijn komen te overlijden aan bij de almachtige God en willen in gewijde grond worden begraven. Vanwege eventueel onrechtvaardig verkregen bezit en vanwqege hun naamspatroon vermaken ze aan de kerk van Den Dungen 6 stuivers eens en aan de H. Geest van Den Dungen ook 6 stuivers eens. Verder willen ze dat de langstlevende van hen beiden in tijd van nood hun bezit mag belasten met de som van 400 gulden eens. De langstlevende moet aan de kinderen die met goedkeuring trouwen een uitzet meegeven zijnde een melkkoe en een zak rogge. De testateurs verklaren verder dat dit hun testament is. Aldus opgemaakt ten woonhuize van de testateurs in aanwezigheid van Jan Janssen Spierincks en Jan Handerick Rutten als getuigen. Ondertekend: Adriaen Hendricks, Jenneken Adriaens, Jan Janssen Spierincks, dit merk is van Jan Hendrick Rutten, quod attestor A. Grahame notaris.

127 In de naam van de Heer amen. Vandaag 28 augustus 1645 verscheen voor mij notaris en getuigen Hendersken weduwe van Cornelis Jan Joosten ziek in bed liggend maar wel in het bezit van haar verstand en geheugen. Ze overdenkt de broosheid van het leven, de zekerheid van de dood en de onzekerheid van de tijd waarop en wil daarom eerst haar testament opmaken en wil het als zodanig hebben uitgevoerd ook al zou het op sommige punten strijdig zijn met ander recht. De testatrice beveelt haar ziel zodra ze is komen te overlijden aan bij de almachtige God en wil haar lichaam in gewijde grond hebben begraven. Ze vermaakt als erkenning van haar naamspatroon en vanwege evetueel onrechtvaardig verkregen bezit aan de kerk van Den Dungen 3 stuivers eens. Verder vermaakt ze aan haar zoon Jan Cornelissen om haar daartoe moverende redenen vooraf het paard en de kar en alle getuig daarvan zonder dat iemand van haar andere kinderen daar bezwaar tegen kan maken. Verder vermaakt ze aan deze zoon Jan en haar dochter Handersken vanwege hun trouwe diensten vooraf aan de deling, alle vee, groot en klein en alle oogst te velde staande, nog alle lakenstof zoals nu door de testatrice is gemaakt, met nog alle gereedschappen zowel binnen als buiten, door hen samen te delen en ook zonder dat haar andere kinderen of haar andere zuster Geertruijt daar bezwaar over kunnen maken en dat bezit moeten deze Jan, Hendersken en Geertruit samen in der minne delen en ook samen de schulden betalen. Verder verklaart de testatrice dat dit haar testament is. Aldus geschied in Den Dungen ten woonhuize van de testatrice in aanwezigheid van Peeter Dielis Peters en Willem Wouters Schoenmaker. Ondertekend: dit merk is van Handersken Cornelissen, dit merk is van Peter Delis Peters, Willem Wouters Schoenmaker, quod attestor A. Grahame notaris.

126 In de naam van de Heer amen. Vandaag 14 augustus 1645 verscheen voor mij notaris en getuigen Hendrick Henrick Willems gezond van lijf en leden en diens vrouw Jenneke dochter van Jan Jan Adriaens verwekt bij Meriken dochter van Hendrick van Os, welke Jenneke ziek in bed ligt, maar beiden in het bezit van hun verstand en geheugen. Ze overdenken de broosheid van het menselijk bestaan, de zekerheid van de dood en de onzekerheid van de tijd waarop en willen daarom eerst hun testament hebben opgemaakt en willen het als zodanig hebben uitgevoerd ook al zou het op sommige punten strijdig zijn met ander recht. De testateurs bevelen hun zielen zodra ze zijn komen te overlijden aan bij de almachtige God en willen hun dode lichaam in gewijde grond hebben begraven. Ter erkenning van hun naamspatroon en voor eventueel onrechtvaardig verkregen bezit vermaken ze aan de kerk van Den Dungen elk 2 schillingen samen 4 schillingen om direkt na dood van de eerstoverledene door de kerkmeester te worden uitgedeeld. Als hun dochter Mettien komt te overlijden zonder wettig nageslacht te hebben verwekt, dan moet al hun bezit dat ze in hun huwelijk hebben verworven in twee gelijke delen worden verdeeld en versterft dan op de familie van de testateur voor een helft en de andere helft op de familie van de testatrice, waarbij de dode partij met de levende zal delen. In het geval Mettien zonder wettige kinderen overlijdt zal het bezit gelegen aan de Meulenstraat, op de Horrick en op de Hooghstraat in St. Michielsgestel dat Hendrick als testateur in zijn eerste huwelijk met Mettien dochter van Claes Hendricks van Lieshout heeft gekocht gehad, versterven op de familie van de testateur, waarbij de dode partij met de levende zal delen. Het bezit dat van zijn zijn eerste vrouw is gekomen zal versterven op haar familie waarbij ook de dode partij met de levende zal delen tot aan de eigen neven en nichten toe. Verder bepalen zij dat als hun genoemde dochter overlijdt zonder wettig nageslacht

124 In de naam van de Heer amen. Vandaag 11 maart 1645 verscheen voor mij notaris en getuigen Antonis Corsten en zijn vrouw Marieken dochter van Jan Geerts, genoemde Antonis ziek in zijn bed liggend en zijn vrouw gezond van lijf en leden, maar beiden in het bezit van hun verstand en geheugen. Ze beseffen de broosheid van het menselijk bestaan, de zekerheid van de dood en de onzekerheid van de tijd waarop en willen daarom eerst hun testament hebben opgemaakt en willen het zo hebben uitgevoerd ook al zou het strijdig zijn met ander recht. De testateurs bevelen hun zielen zodra ze zijn komen te overlijden aan bij de almachtige God en willen hun dode lichaam in gewijde aarde hebben begraven. Vanwege eventueel onrechtvaardig verkregen bezit en als erkenning van hun naams patroon vermaken ze aan de kerk van Den Dungen 3 stuivers eens en aan de H. Geest van Den Dungen ook 3 stuivers eens. Ze vermaken elkaar over en weer aan de langstlevende van hen beiden de bevoegdheid om op onderpand van een stuk land gelegen in de Reijndonck een bedrag van 300 gulden op te nemen en daarmee haar of zijn vrije wil te mogen doen of voor het huishouden te gebruiken. Verder geven de testateurs elkaar de volmacht alle meubels en huisraad etc. te mogen verkopen om daarmee hun schulden af te kunnen lossen, maar de langstlevende is wel verplicht om hun kinderen als die komen te huwen hen een uitzet mee te geven al naar gelang de langstlevende zulks meent te willen doen en ze benoemen hun kinderen na dood van de langstlevende als hun universele erfgenamen. Als voogden over hun kinderen benoemen ze Jan Corst Wouters zijnde de broer van de testateur en Aert Jan Geerts zijnde de broer van de testatrice en ze verzoeken hen deze voogdijschap naar behoren uit te voeren zoals ze hen daarin ook vertrouwen. De testateurs verklaren dat dit hun testament is. Aldus geschied ten woonhuize van de testateurs in aanwezigheid van Goort Huijberts en Jan Martens als getuigen.