Archieven

74 Rekest van Cornelis Otten pachter van de verzwegen en kwalijk aangebrachte personen op de quohieren van het hoofdgeld over Waalwijk, Drunen, Gansoijen, Nieuwkuijk, Loon op Zand en Helvoirt op een rekest van Jan en Maarten Hagers, Gijsbert van Herp, Teunisse, de weduwe van Roeloff van den Hout, Maat Bruin, Crab, Adriaan de Roij, Maria Snaphaan weduwe Hagers, Huibert Nieukuik en de weduwe van Laurens Couwenberg

126 Bericht op een gezamenlijk en uiterst uitvoerig rekest van de regenten van Loon op Zand, Waalwijk, Drunen en Nieuwkuijk die om remissie in de verponding verzoeken vanwege de schade veroorzaakt door het ‘extraordinair onweder van donder, blixem en hagelslag den 16e july jongstleden voorgevallen’. Men heeft ter plaatse een nauwkeurige visitatie afgelegd o.a. te Nieuwkuijk in de blokken de Bubbelaars, Delle Kempkens, Hoge en Fembroek waar de rog, boekweit en hop verhageld is, te Drunen de blokken genaamd de Moulanden, de braken aan de noordzijde der Landakkers, Hoeken, Hofsteden, Heuvels, Heivelden, Heijcampen, oude gemeente Hoefakkers, de Vennen en Lage Vennen, waar de granen nog erger zijn beschadigd dan in Nieuwkuijk, in Loon op zand de blokken Kerkstraat, Molenstraat, land van Cleef, Bestloon, Craanven, Efteling, Roestelberg, Hoekske, Vaart, Heijkant, Hil, Moerstraat, Grote Moer, Kaatsheuvel, Mariendaal en tenslotte te Waalwijk. Voorts wordt melding gemaakt van doortrekkende, ingekwartierde en gekantonneerde o.a. het kampement van de Hollandse troepen omtrent de Loonschedijk. Men verzoekt om remissie in de verpondingen en gemene middelen. Aan het slot van de akte geeft men meerdere details over alle lasten die men te betalen heeft. Vooral voor Nieuwkuijk geldt een aaneenschakeling van calamiteiten zoals wateroverlast in 1740, rundveepest, de grote brand in 1746 ontstaan in een huis boven de schutsboom te Vlijmen waardoor in Nieuwkuijk 85 huizen, 2 brouwerijen en de kerk zijn afgebrand.

7 Enkele predikanten en schoolmeesters melden zich voor hun traktement nl. J.H. Elshof predikant te Helvoirt en Haaren, H. Koocken predikant te Valkenswaard en Dommelen, A.L. Durselen predikant te Oirschot en Best, Joh. van der Meulen predikant te Moergestel, N.A. Santvoort predikant te Drunen en Nieuwkuijk, J. Rombouts koster en schoolmeester te Breugel, G. Overkamp schoolmeester te Eerde, H. van Vugtelt koster en schoolmeester en voorzanger te Maren, P. van Wadenoijen schoolmeester en koster te Best, N. Loensma koster en schoolmeester te Dinther, J. van Caub schoolmeester en koster te Schijndel, A. van Ginhoven schoolmeester en koster te Middelrode, zie ook foio 229 waarin genoemd worden: S. van Weesel, J.H. Hoogeveen, A.H. Ross, A.J. Gijsinck en C. Baucamp predikanten te Waalwijk, Sint Oedenrode, Deurne Vlierden en Liessel, Heeze en Leende allen in de Meierij van ’s-Hertogenbosch en P. Wijnats, G. van Schaijk, J. Wijnants, H. Pijpers, H. Krenger, H. Schaap, N. Posthumus, T. Geene, A. Treffers, Fr. Ente, D. Bricksmit, A. Kemps, J. van Kelkhoven, A. Baden, M. Ernst, Jan Brug schoolmeesters te resp. Deurne Vlierden Liessel, Heeze en Leende, Geldrop, Zeelst, Oerle, Oisterwijk, Udenhout, Enschot, Moergestel, Waalwijk, Sint Oedenrode en Veghel, zie ook folio 324v C. van Nimwegen predikant te Son en Breugel, M.Coenen predikant te Gemert, zie ook folio 342v J. van Nouhuijs predikant te Vught en Cromvoirt, J. Ente schoolmeester te Vught, J.W.Bruisten schoolmeester te Cromvoirt, zie ook folio 409 rekest van Jan van Roijen, N. van Drongelen, A.Schitten, S.Hanewinkel, H.C.Hanewinkel, C.Jansen, H. van Nimwegen resp. predikanten te Loon op Zand, Mierlo en Stiphout, Helmond, Rixtel, Aarle, Beek en Lieshout, Nuenen Gerwen nederwetten, Asten Ommelen, Vessem Hoogeloon en Casteren,

52 Rekest van de pastoors en kapelaans van resp. Riel Tilburg Enschot Waalwijk Mierlo Drunen Nieuwkuijk Haaren Moergestel Diessen Oostelbeers Duizel Hapert en Loon in de Meierij van ’s-Hertogenbosch en van plaatsen in West Brabant vallende onder de abdij van Tongerlo te kennen gevende dat de prelaat van Tongerlo Suardus van den Nieuweneijnde onlangs is komen te overlijden en dat vanwege de installatie van de nieuwe prelaat alle geestelijken uit genoemde parochies daarbij aanwezig dienen te zijn en dat door het Hof van Brussel is bepaald de tijd tot de electie als ook het opnemen der stemmen present komende de cancelier van Brabant, dus die tijd vooralsnog niet kon worden opgegeven, maar dat de vervanging van al die priesters en men verzoekt permissie voor twee reizen nl. voor de electie van de nieuwe prelaat en voor zijn installatie om zich dan ook tweemaal te absenteren van hun standplaats en hun plaats mogen laten innemen en waarnemen door naburige priesters.