Archieven

1 Missive van rentmeester Van Limburg Stirum over een subsidie voor de kerkfabriek van Goirle i.v.m. het onderhoud ervan wat nodig is naast de reguliere inkomsten met een lijst van subsidiënten nl. het gemene land wegens de bisschopswagen onder de administratie van genoemde rentmeester 60 gl.; het gemene land wegens de helft in een wagen gekomen van Mr. J. Comans onder de administratie van rentmeester Verster 30 gl.; de proost van Maaseijk wegens diens tienden 60 gl. ; het kapittel van Sint Pieter te Hilvarenbeek 60 gl.; Govert Pessers cum suis wegens ¼ van een wagentiende 15 gl.; door Gerardus Tabbers wegens 1/8 7-10-0; Wouter Brouwers ook 1/8 7-10-0; de nonnen [zusters] van Vredenburch te Lier wegens de helft van een nieuwe wagen 22-10-0, door de nonnen [zusters] van Sint Catharinadal te Oosterhout 11-5-0 en ten slotte Walterus Mutsaerts en de kinderen van Berend Mutsaerts wegens het resterende ¼ gedeelte 11-5-0 dus in totaal 285 gl.

46 Bericht van rentmeester De Kempenaer op een rekest van Catharina Schoneus in de stad Lier over de 15 vaten rogge Helmondse maat die zij jaarlijks schuldig is aan het kantoor van deze rentmeester uit een zekere hoeve genaamd de Clarissenhoef

65 Rekest van de hoofdofficieren en kapiteins van het regiment guarde dragonders inhoudende dat het voorschreven regiment op 27 oktober 1745 uit campagne is gekomen in garnizoen te ’s-Hertogenbosch en van daar op patent van 31 december 1745 is gemarcheerd naar de kantonneringskwartieren in de Oostenrijkse Nederlanden bij en in Lier van waar uit hetzelfde regiment is gemarcheerd op 25 april 1746 en toen is ingerukt in de geallieerde armée, herinnerend aan de afrekening van het fouragegeld

22 Missive van de rentmeester Van Limburg Stirum en Verster inhoudende dat de schepenen der heerlijkheid Goirle in kwartier Oisterwijk hen kennis hadden geven van het nadelige slot van hun kerkrekening over 1785, 1786, 1787 en verzocht dat de kerkfabriek met een zodanige som zou mogen worden gesubsidieerd door de tiendheffers – zie ook folio 137 met een lange lijst van de tiendheffers te contribueren door het gemene land en wegens de bisschopswagen i.v.m. die subsidie waarbij genoemd worden: het gemene land wegens de helft in een wagen gekomen van Mr. J. Comans onder de administratie van rentmeester Verster 40 gl., door de proost van Maaseijk 80 gl., door het kapittel van Sint Pieter uit Hilvarenbeek 80 gl., door Govert Passers c.s. wegens ¼ van een wagen 20 gl., door Gerardus Tabbers wegens 1/8 10 gl., door Wouter Brouwers wegens 1/8 10 gl., door de nonnen van Vredenburch te Lier wegens de helft van de nieuwe wagen 30 gl., door de nonnen van St.Catharinadaal te Oosterhout wegens een 1`/4 15 gl., en door Waltherus Mutsaerts en de kinderen van Berend Mutsaerts ¼ 15 gl. in totaal dus 380 gl.