skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Mariët Bruggeman
Mariët Bruggeman Bhic
Menu
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Mariët Bruggeman
Mariët Bruggeman Bhic

Archieven

2072 J.J. Loeff, 1930-1979

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
-
Historische inleiding
2072 J.J. Loeff, 1930-1979
-
Historische inleiding
Jan Jozef Loeff werd op 12 juli 1903 geboren te 's-Hertogenbosch. Hij doorliep het Klein Seminarie Beekvliet te Sint-Michielsgestel en het Groot Seminarie in Haaren. In 1928 werd hij tot priester gewijd. Hij studeerde kerkelijk recht in Rome en promoveerde in 1931 aan het Pauselijk Instituut Sint Apollinaris tot doctor in de beide rechten (romeins en kerkelijk recht). Hij studeerde verder aan de Sorbonne in Parijs geschiedenis van het kerkelijk en romeins recht en legde in 1939 aan de RK Universiteit te Nijmegen het doctoraal Nederlands recht af. Daarnaast had hij een grote wijsgerige belangstelling. Hij was elf jaar conrector van het Psychiatrisch Ziekenhuis Voorburg in Vught. Zijn levenswerk werd echter het scheppen van duidelijkheid in de verhoudingen tussen de kerkrechtelijk gestructureerde katholieke geloofsgemeenschap, die in veel gevallen een juridisch duistere eigen wereld vormde, en de Nederlandse rechtsstaat.
Al vanaf 1939 adviseerde hij het Nederlands episcopaat als juridisch adviseur. Toen de Duitse bezetter via het ‘Commissariaat voor niet-commerciële verenigingen en stichtingen' greep wilde krijgen op katholieke instellingen adviseerde hij scherp te onderscheiden wat strikt kerkelijke instellingen zijn, die dan bisschoppelijke erkenning kregen. Omdat de Duitsers gevoelig waren voor juridische argumenten redde hij hiermee honderden kerkelijke instellingen van de ondergang. Hij kreeg zo contacten met duizenden bestuurders van katholieke instellingen.

Na de oorlog ging het hem om integratie van de kerkelijke instellingen in de Nederlandse samenleving. De activiteiten van veel op grond van de katholieke levensovertuiging opgezette instellingen waren niet kerkelijk maar gewoon maatschappelijk. Loeff bracht dus een secularisatieproces op gang, vooral in het maatschappelijk werk en de gezondheidszorg. Zijn verdiensten bij de verandering van een ‘ghetto-kerk' naar een ‘kerk in de wereld' zijn groot. Zijn rapport over het gezag voor het Pastoraal Concilie van de Nederlandse Kerkprovincie in 1968 was een gevolg van deze seculariseringsgedachte. Deze had ook een weerslag op zijn denken over bijvoorbeeld het huwelijk. De kerk kan de heiligheid van het sacrament blijven verdedigen zonder een eigen juridisch kader in stand te houden met regels voor de geldigheid ervan. Het is immers een burgerlijke, maatschappelijke instelling op natuurlijke grondslag.
Vanaf 1945 tot 1973 was hij juridisch secretaris van de Nederlandse katholieke kerkprovincie. Vanaf 1955 was hij hoogleraar in de wijsbegeerte van staat en gemeenschap en de ethica aan de Economische Hogeschool van Tilburg, de latere Universiteit van Tilburg. Toen de juridische faculteit werd opgericht, stapte hij daarnaar over. Hij werd in 1966 dan ook gewoon hoogleraar in de inleiding tot de wijsbegeerte en in de wijsbegeerte van het recht aan de juridische faculteit van de Katholieke Hogeschool. Een belangrijke publicatie van Loeff uit 1953 gaat over de sociale grondrechten van de mens. In 1973 ging hij met pensioen. Prof. Loeff bekleedde vele adviseurschappen en had zitting in diverse commissies in de kerkelijke en overheidssfeer. Hij overleed op 22 augustus 1979 in zijn geboorteplaats.
Aanwijzingen voor het gebruik
-

Kenmerken

Datering:
1930-1979
Vindplaats origineel:
BHIC 's-Hertogenbosch