In het vervolg zal de in 1798 ingestelde Commissie aangeduid worden met Commissie van Superintendentie en haar opvolgster met Commissie van Administratie. Wanneer niet speciaal één van beide commissies bedoeld wordt, zal gesproken worden van Commissie van Breda. De naam Commissie van Breda die al tientallen jaren als titel voor het in deze inventaris beschreven archief in gebruik is, is als zodanig gehandhaafd.
Deze commissie die van de nodige volmachten voorzien zou moeten zijn zou naar zijn mening moeten resideren te Breda.
Elke week kwamen de leden vier maal in een gewone vergadering bijeen en wel op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag van 10.00 u. tot 13.00 u. * Daarnaast bestond de mogelijkheid tot het houden van extraordinaire vergaderingen. Beurtelings en telkens voor de periode van één maand was één van de leden president van de Commissie.
In de loop van 1811 zijn de commissieleden o.a. voor het afhoren van rekeningen nog een enkele maal bijeengekomen. *