De regeling van de volstrekte bevoegdheid of absolute competentie geeft antwoord op de vraag welke soort rechter bevoegd is, namelijk de kantonrechter, de rechtbank, het gerechtshof, of de Hoge Raad (de attributie van de rechtsmacht).
Bij de absolute bevoegdheid van de kantonrechter wordt overeenkomstig de handboeken onderscheid gemaakt tussen strafzaken en burgerlijke zaken. In paragraaf 2 komt de betrekkelijke bevoegdheid of relatieve competentie ter sprake.
Kenmerken
Het precieze jaar van openbaarheid kun je per inventarisnummer vinden.
Bij vragen kun je contact opnemen met het BHIC.