Schepenen van Buscumducis oorkonden, dat Boudewinus z.v.w. Baudewinus Ottenszn ten behoeve van zijn broer Willelmus afstand heeft gedaan van een erfcijns van 3 pond uit een morgen binnen de vrijheid van de stad op de Hoedonc, nader gesitueerd; welke cijns bij erfdeling was toegevallen aan Boudewinus en die betaald moest worden door Udemannus gezegd de Meester.
Schepenen van Buscumducis oorkonden, dat Boudewinus z.v.w. Baudewinus Ottenszn ten behoeve van zijn broer Willelmus afstand heeft gedaan van een erfcijns van 3 pond uit een morgen binnen de vrijheid van de stad op de Hoedonc, nader gesitueerd; welke cijns bij erfdeling was toegevallen aan Boudewinus en die betaald moest worden door Udemannus gezegd de Meester.
b. Getypte tekst in Map-Afschriften.
Nota 1. Het charter, geschreven in een handschrift van ca.1600, behoort tot de collectie "quasi-originelen", waarvan sprake in het Regestenboek 1134-1400, blz. XXVI. Zie ook de Inleiding in dit boek.
Nota 2. Met de toponiem Hoedonc zal bedoeld zijn de Hoge Donk in Den Dungen.