Een formeel oprichtingsbesluit van het waterschap Brand en Beusing is niet in het waterschapsarchief of in het archief van het provinciaal bestuur aangetroffen. Het archief opent met een oproep aan alle ingelanden van de polder om in de openbare vergadering van 9 augustus 1860 in de raadkamer van de gemeente Den Dungen (c.q. in de herberg van Anthony van Kempen) een wettig bestuur te formeren. Op 7 juli 1864 wordt door provinciale staten het eerste bijzondere reglement van het waterschap vastgesteld (Provinciaal Blad 1864 nr 12).
Het grondgebied van de polder, die wordt ingesloten door een kade genaamd de Brandse Wal, ligt onder de gemeente Den Dungen. Ten noorden wordt het waterschap begrensd door de kanaaldijk van de Zuid-Willemsvaart, ten noord-westen door de Schellestraat, ten noorden, ten oosten en ten zuid-oosten door de rivier De Aa en ten westen en ten zuid-westen door de bermsloot langs de Zuid-Willemsvaart en de Dungense Aa-brug. De hoge landerijen van de Nijvelaar, de Drieburgse en Hoogpoeldonkse Akkers en op Korvershof, worden niet in de waterschapsomslag van Brand en Beusing betrokken. De Brandse Wal diende ook als oostelijke waterkering voor het inundatiegebied Boschveld, wanneer dit gebied door overtollig Aa-water zou overstromen (Noot 2).
De taken van het waterschapsbestuur waren het beheer en onderhoud van de kade de Brandse Wal en van de waterleidingen volgens de legger.
In de jaren 1932-1933 werd het waterschap Brand en Beusing betrokken in het onderzoek door de ‘Commissie tot bestudeering van de wenschelijkheid van opheffing der in het waterschapsgebied gelegen kleinere waterschappen’, ingesteld door het dagelijks bestuur van waterschap Het Stroomgebied van de Aa op 17 november 1932. Dit grote waterschap, opgericht in 1922, ondervond nadeel bij de uitvoering van haar taken inzake beheer, onderhoud en verbetering van watergangen.
Bij de uiteindelijke opheffing in 1952 had waterschap Brand en Beusing een belastbare grootte van ruim 147 hectaren (Noot 3) .
Aanleiding voor de opheffing was dat de kosten voor de instandhouding van een waterschapsbestuur niet meer in relatie stonden tot de onderhoudskosten voor waterstaatswerken. Immers alle hoofdwaterlopen met kunstwerken van alle kleinere waterschappen binnen haar grondgebied werden onderhouden door het grote waterschap Het Stroomgebied van de Aa. De taken van het waterschapsbestuur werden hierdoor zo gering dat het geen zin meer had het waterschap in stand te houden. Bij besluit van Provinciale Staten van 29 januari 1952 (Provinciaal Blad 1952 nr. 41) werd besloten het waterschap op te heffen met ingang van 1 juli 1952. De Brandse Wal werd overgenomen door waterschap Het Stroomgebied van de Aa.
Het bestuur van het waterschap bestaat uit drie leden, waarvan een lid voorzitter is en een secretaris-penningmeester. De leden van het dagelijks bestuur worden benoemd door de stemgerechtigde ingelanden. Ook kunnen niet-stemgerechtigde ingelanden en zonen of schoonzonen van ingelanden benoemd worden.
De vergaderingen van stemgerechtigde ingelanden werden gehouden te Den Dungen.
Voorzitters
A.A. Godschalk, 1860-1869
H. Godschalk, 1865-1868
S. Spierings, 1869-1872
C. Voermans, 1872-1878
M. van de Westelaken, 1878-1899
A. Verhoeven, 1899-?
H. Schakenraad, ? (1915 periodiek aftreden)-1923
A.J.A. van den Hurk, 1924-(1941)
Bestuursleden
A. Godschalk, 1860-
W. Schakenraad, 1860-1869
S. Spierings, 1860-1869
M. van de Westelaken, 1869-1874
J. Godschalk, 1869-1874
A.Chr. Spierings, 1874-1881
A. Verhoeven, 1878-1899
H. Schakenraad, 1881-?
Jhr. T.C.M. van Rijckevorsel, 1899-?
M. Ondersteijn, (1915 periodiek aftreden)-(1939)
A.H. Schakenraad, (1935 periodiek aftreden)- (1941 periodiek aftreden)
P. van der Bruggen, 1929-1935
Secretarissen-penningmeesters
H. van de Westelaken , 1860-1895
A.C. Spierings, 1895-
A. Meulenbroek, (1915)-1918
P. van Osch, 1919-(1951)
Hoofdwaterleidingen: Nijvelaarse waterleiding; bermsloot langs de Zuid-Willemsvaart (gedeelte langs linker oever)
Kade: Brandse Wal
Toponiemen: Beusingse straat; Boschveld; Brandse Wal, Schellestraat, Nijvelaar, de Drieburgse Akkers, Hoogpoeldonkse Akkers, Korvershof; Trompetter