1442 november 11 (op sente Mertijnsavont in den winter)
Schepenen van Heusden oorkonden, dat Hessel Goetweert, priester en pastoor in Heusden, aan Jan van Wijk Brienszn en Baudewijn Henrik Baudewijnsznszn, kerkmeesters aldaar, heeft overgedragen:
cijns van 21/2 Hollandse gulden uit huis met boerderij in Veen en uit boerderij Koppers-Wielke, met opstallen ook aldaar, op voorwaarde, dat kerkmeesters aan pastoor cijns van 2 Hollandse gulden zullen betalen en dat deze voor Hessel na diens dood een jaargetijde zal houden en de kerkmeesters hierbij voor licht zullen zorgen
Origineel (inventarisnr (684)
Met schepenzegels Godert van Derenter en Henrik van der Beek
Op rugzijde: 'Die papelijke proven'
1442 november 11 (op sente Mertijnsavont in den winter)
Schepenen van Heusden oorkonden, dat Hessel Goetweert, priester en pastoor in Heusden, aan Jan van Wijk Brienszn en Baudewijn Henrik Baudewijnsznszn, kerkmeesters aldaar, heeft overgedragen:
cijns van 21/2 Hollandse gulden uit huis met boerderij in Veen en uit boerderij Koppers-Wielke, met opstallen ook aldaar, op voorwaarde, dat kerkmeesters aan pastoor cijns van 2 Hollandse gulden zullen betalen en dat deze voor Hessel na diens dood een jaargetijde zal houden en de kerkmeesters hierbij voor licht zullen zorgen
Origineel (inventarisnr (684)
Met schepenzegels Godert van Derenter en Henrik van der Beek
Op rugzijde: 'Die papelijke proven'