skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Marte Stoffers
Marte Stoffers Bhic
Menu
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Marte Stoffers
Marte Stoffers Bhic

Archieven

7054 Parochie St. Elisabeth te Grave, (1519) 1703-1963

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Sint Elisabeth

De heilige Elisabeth, ook wel bekend als Elisabeth van Hongarije, leefde van 1207-1231. Zij was een dochter van koning Andreas II van Hongarije. Op 14-jarige leeftijd werd ze uitgehuwelijkt aan Lodewijk, landgraaf van Thüringen. Zij kregen drie kinderen. Elisabeth was gelukkig in haar huwelijk, maar leefde tegelijk een vroom leven, waarbij ze zich enerzijds richtte op het persoonlijke, beschouwende gebed en anderzijds ook heel praktisch op de zorg voor behoeftigen.
Zo stond ze tijdens de hongersnood van 1226 de armen terzijde. Hoewel haar man het haar verboden had, bleef zij eigenhandig broden bakken en uitdelen. Het verhaal gaat dat zij op een gegeven moment in de stad de graaf tegenkwam, die natuurlijk haar volle schort opmerkte. Toen ze op zijn verzoek haar schort openmaakte, lagen er echter rozen in, in plaats van broden.
Na de dood van Lodewijk in 1227 - hij stierf tijdens een kruistocht - voelde zij zich geroepen tot het armoede-ideaal. Ze stichtte een hospitaal, waarin zijzelf de zieken verzorgde. Zij stierf op 17 november 1231 te Marburg, nadat ze al haar bezittingen aan de armen had geschonken. Een meer realistische versie is dat ze uit al haar bezittingen verdreven werd door haar zwager, omdat ze na de dood van Lodewijk geweigerd had met hem te trouwen.
Paus Gregorius IX verklaarde Elisabeth vier jaar na haar dood heilig. Zij werd de patrones van de Derde Orde van Franciscus, maar ook van de ziekenhuizen, verpleegsters, bakkers, bruiden, stervende kinderen, bannelingen, bedelaars, wanhopige mensen, weduwen, wezen en weduwnaars. Haar feestdag is 17 november.




De Elizabethkerk

Het is niet zeker hoe oud de Elisabethkerk precies is, maar de oorspong ligt zeker in de dertiende eeuw. Tijdens restauratiewerkzaamheden in 1979-1989 zijn de fundamenten van een kleine Romaanse kerk aangetroffen in het middenschip van de huidige kerk. Deze Romaanse kerk kan rond 1240 gesticht zijn, dus niet zo heel lang na de heiligverklaring van de patroonheilige, Elisabeth van Thüringen. Dat gebeurde namelijk in 1235.
Verheffing, verwoesting en wederopbouw

De Graafse Elisabethskerk werd in 1308 verheven tot kapittelkerk. Er werd een college van kanunniken aan de kerk verbonden om de getijden te zingen. Zo’n “collegiale” kerk had meer standing. Bij de grote stadsbrand in 1415 ging de kerk in vlammen op.

Onder het bestuur van Arnoud van Gelder (1423-1473) begon men aan de herbouw, waarna in de zestiende eeuw een periode van bloei volgde. Tussen 1506-1516 werd de kerk aanmerkelijk vergroot. In 1564 werd de kerk grootser gemaakt door de kruisarmen te verhogen. Die werden daardoor zo hoog dat de stadstorenwachter de stad niet meer kon overzien vanuit zijn eigen lage toren. Hij kreeg ontslag en werd vervangen door een stadswacht, die over straat patrouilleerde.

In deze periode kreeg de kerk ook de renaissancistische gevel aan zijn zuidertransept. Het was een ontwerp van de Alessandro Pasqualini (1493 -1559). Deze Italiaanse architect was van adellijke familie en geboren in Bologna. Via Maximiliaan van Egmond, zoon van Floris van Egmond, graaf van Buren, heer van IJsselstein en leenheer van Grave, kwam Pasqualini in de Nederlanden terecht. Hij zou er 18 jaar blijven. Hij was een van de eersten die zuivere renaissance-architectuur in het noorden bouwde. De zuidgevel van de Elisabethkerk is daarvan een fraai voorbeeld. Na het overlijden van Maximiliaan van Egmond werd Pasqualini hofbouwmeester van hertog Willem V van Gulik, Kleef en Berg, bij wie die andere Gravenaar, Johannes Wier, in deze tijd hofarts was.



Het tijdperk van de Hervorming

Begin 1580 vaardigt de magistraat van Grave een ordonnantie uit waarbij zij verbieden aan alle personen, die de hervorming zijn toegedaan, om anderen te kwellen, priesters te beschimpen, kloosters te beroven etc. Aan het einde van 1582 is de Magistraat echter reeds de nieuwe leer geheel toegedaan en wordt de uitoefening van katholieke godsdienst verboden. De priesters e.d. die eerst het zwijgen opgelegd kregen, worden daarna verwijderd waardoor het aantal afvalligen nog toeneemt.
Tijdens het beleg van Parma van 1586 wordt de kerk beschadigd, maar na inname der stad, teruggegeven aan de Katholieken. Godsdienstoefeningen vinden al spoedig weer plaats.
Door de inname van 1602 o.l.v. prins Maurits is er weer de omgekeerde beweging en wordt de kerk weer afgenomen. De katholieken van Grave gaan dan naar het naburige Velp de mis horen en wordt de kloosterkerk te Velp als parochiekerk van Grave aangehouden. In 1632 krijgt pater Basilius toestemming de katholieken van Grave te Grave te bezoeken, maar tien jaar later wordt dit weer verboden. In 1648 wordt de priesters bevolen het land van Cuijk te verlaten.
Na de inname van 1672 door de Fransen kregen de katholieken hun kerk weer terug en konden zij weer naar de mis. Twee jaren later word Grave weer ingenomen door de Staatsen en iwordt de kerk weer beschadigd. in 1684 kopen de katholieken een schuur die zij wilden inrichten als schuurkerk, maar dit wordt hen verboden. In 1690 echter lukt het alsnog om een schuurkerk te beginnen.
Bij het beleg van 1794 wordt de H. Elisabethkerk opnieuw zwaar beschadigd, evenals de schuurkerk. De hervormden en katholieken krijgen het gebruik van de Lutherse kerk in het klooster om godsdienstoefeningen te houden. In 1799 volgt een schikking waarbij de Elisabethkerk terugkomt aan de Katholieken. Men begint met herstel der kerk en op 20 mei tijdens Pinksteren 1804 wordt voor het eerst sinds 130 jaar weer de mis gehouden.
[bron: inv.nr. 347]
Buitenzijde van de St. Elisabethskerk

Aan de noordkant van de St. Elisabethskerk bevindt zich in de top van de transeptgevel een prachtig reliëf. Dit reliëf stelt de engel Gabriël voor die de blijde boodschap brengt aan Maria. Op het reliëf zijn nog kleursporen aanwezig in rood, geel en zwart. Aan de noordzijde van de kerk bevindt zich nog een deel van het vroegere kerkhof. Aan de oostzijde van de St. Elisabethskerk ligt een straatje, "Achter de kerk" genaamd. Daar stonden tot 1907 kleine huizen, gebouwd tussen de steunberen van de kerk. Aan het einde van het straatje tegen de kerk stond voorheen een koffiehuis en café. Na een brand is het huidige trapgevelhuis gebouwd naar het voorbeeld van een gravure uit 1732. Het huis draagt de toepasselijke naam "De Kerkleuner". Aan de Marktzijde, de zuidkant, valt direct de renaissancegevel op. Deze gevel wordt gekenmerkt door het samenspel van natuur- en baksteen, gemarkeerd door horizontale banden. De gevel is van de hand van de Italiaanse ontwerper Alexander Pasqualini en dateert uit 1535. Aan de westzijde van de St. Elisabethskerk bevinden zich de restanten van de vroegere toren en dwarspanden. Op en in het plaveisel is met verhogingen en markeringen aangegeven waar de toren en kerkpilaren stonden. De nieuwbouw aan de westzijde als verbinding van de oude kerk naar het heden is een ontwerp van architect Walter Kramer. Deze architect begeleidde de laatste restauratie.
[bron: www.grave.nl]
Erfgoedstuk
Bezienswaardigheden in de kerk

- Het hoofdaltaar, afkomstig uit Vlaanderen, is uitgevoerd in Barokstijl, in marmerstructuur geschilderd, uit het begin van de 18e eeuw. Het altaarstuk is een kopie van De Kruisiging van Antoon van Dyck dat zich bevindt in de Sint-Romboutskathedraal te Mechelen. Twee zijaltaren zijn uit dezelfde tijd.
- De communiebank is uit Vlaanderen afkomstig en dateert van 1758.
- De preekstoel, uit ongeveer 1700, is vervaardigd door de Antwerpse kunstenaar Ludovicus Willemsen. Onder de kuip staat een levensgroot beeld van Franciscus van Assisi.
- Twee biechtstoelen uit 1713
- Praalgraf van Arnold van Egmont, uit 1802, ter vervanging van het vorige dat in 1794 was verwoest.
- Diverse grafzerken, waaronder die voor Joannes van Velde tot Melroy en Sart-Bomal, welke het barokke kerkmeubilair uit Vlaanderen naar Grave heeft laten komen.
- Smits-orgel uit 1864
- Een 17e-eeuws palmhouten Mariabeeldje in het tabernakel, een Sint-Jacobsbeeld uit de 16e eeuw en diverse beelden en beeldengroepen uit de eerste helft van de 18e eeuw.
- Muurschilderingen, aangebracht door J.M. Hermans in 1902 en 1906, naar ontwerp van Pierre Cuypers, die zelf ook afgebeeld staat.
- Schilderijen: "Een groep kanunniken van de Elisabethkerk en Begijnen van Mariagraf aan de voet van het Kruis", uit 1528; "Bloemstuk", door Daniël Seghers, tussen 1625 en 1650; Portret van deken Gisbertus Molanus, uit 1612.
[bron: Wikipedia]
Zie verder ook: Beschrijving Rooms Katholieke kerk St. Elisabeth in het Monumentenregister.


Erfgoedstuk
Op donderdag 6 maart 1969 gaf de heer A.S. Reijers, pastoor van de parochie van Sint Elisabeth te Grave, aan het streekarchivariaat Land van Cuijk in bruikleen de op zijn pastorie aanwezige archivalia, die voor de lopende administratie niet meer, maar wel voor de wetenschap van groot belang zijn.
De heer Reijers gaf ons ook te kennen, dat hij het ten zeerste op prijs zou stellen, dat die archivalia bewaard worden in de zeer degelijke archiefbewaarplaats van het al eeuwen oud zijnde Sint Catharinagasthuis te Grave, alwaar naast het zeer fraaie en zeer belangrijke gasthuisarchief al verschillende aan het Streekarchivariaat Land van Cuijk in bruikleen gegeven archivalia - men denke aan het kapittelarchief en dekenaal archief van Grave en Cuijk - bewaard worden.
Rest ons pastoor Reijers, de regenten en rentmeester van voornoemd gasthuis te bedanken voor hun medewerking.
Lijst van pastoors van de Heilige Elisabethparochie

1308Henricus

14..-1465Gerardus Authase
c. 1478Theodericus van der Voort
c. 1484Philippus van den Beecke
1484Petrus Moyness
c. 1521Joannes van den Berkce
1543 waarschijnlijk Mr. Vero

1570-1578Heribertus Greveraedt, uit ‘s-Hertogenbosch
1578-1596Rutger Alardi Hessels, uit Macharen
1596-c 1633Antonius Hulselmans, uit Bladel
1634-1664Basilius uit Brugge
1664-c 1672Columbanus
c 1672-1688Servatius, uit Maastricht
1688-1721Columbanus, uit Leuven
1721-1727Anselmus, uit Leuven
1727-1741Modestus, uit Maastricht
1742-1752Petrus van Oldenzeel
1752-1771Lambert Arnold Geeten, uit Echt
1771-1806Joannes Frederik Geeten, uit Echt
1806-1813Ignatius Wihelm Gilissen
1813-1815Henricus Michael Berents, uit Grave
1815-1824Joannes Henricus Raemakers, uit Opgeleen
1824-1839Gerardus Hermans, uit Venlo
1839-1865Adam Bernst, uit Horssen
1865-1879Gerardus Rutten, uit Budel
1879-1895Petrus P. Thijssen
1895-1929Joannes Sprangers
1929-1962Joannes B.B.J. Goossens
Vanaf 1962 zijn er 2 parochies in Grave, nl. ook de parochie van Christus’ Hemelvaart.
1962-1965Phil. A.J.M. Broekman
1965-1967Cornelis A.G.M. van Gijsel
1967-1973Adrianus S. Reijers, ook deken
1973-1989Adrianus A. Spitters, ook deken
1962-1989Joannes C. v.d. Hurk, ook deken
1990-2006J.C.M. Janssen
De 2 parochies zijn in 1972 weer samengevoegd
Inventaris

Kenmerken

Vindplaats origineel:
BHIC 's-Hertogenbosch