Evenals de Eerschotse kerk zal de kerk in het centrum van het dorp tijdens het 12-jarig bestand hersteld zijn. Bij de Vrede van Munster werd de katholieke eredienst verboden (1648).
De beide Rooise kerken kwamen in gebruik bij het handjevol Hervormden, meest nieuwkomers, die door Den Haag aan baantjes werden geholpen. De Odakerk bleef tot 1741 ongebruikt leegstaan, dus bijna honderd jaar.
Toen gingen de protestanten om beurten beide kerken gebruiken. Pas in 1759 waren er genoeg mannelijke leden om een hervormde kerkenraad te formeren. Honderdvijftig jaar lang bleef de achterstelling van de Roomsen voortduren. Toen de Fransen kwamen in 1794 werd dat anders.
De verwaarloosde Odakerk, die de beruchte storm van 9 november 1800 wonderwel had doorstaan, bleek toch niet meer bestand tegen de tand des tijds.
Op 16 augustus 1801 stortte de Sint-Odatoren bij stil weer 's nachts geheel in! Men besloot de kerk geheel te slopen en een nieuwe te bouwen. Alleen het Hoogkoor uit 1498 werd gespaard. De nieuwe kerk kwam in 1808 klaar. Men noemde ze niet meer Sint-Odakerk, immers het werd nu een parochiekerk en de patroon van de parochie was Sint-Martinus.
Olland is omstreeks 1865 afgescheiden tot zelfstandige parochie.
Kenmerken
Het precieze jaar van openbaarheid kun je per inventarisnummer vinden.
Bij vragen kun je contact opnemen met het BHIC.