Mijn Studiezaal (inloggen)
199
Architect Valk, 1913 - 1975
Inleiding
Historisch overzicht
Het archief
199 Architect Valk, 1913 - 1975
Inleiding
Het archief
Voor het goede overzicht en het verkrijgen van een snel resultaat is gekozen voor een indeling van de projecten in verschillende categorieën, bijvoorbeeld kerkelijke gebouwen, scholen en woonhuizen. Binnen één categorie bouwwerken is gekozen voor een alfabetische volgorde op plaatsnaam en binnen een plaats voor een chronologische volgorde van de projecten. Stukken van één project staan bij elkaar. Binnen de projecten zijn de stukken chronologisch gerangschikt. Projecten waarvan niet de plaats bekend is, zijn te vinden binnen de respectievelijke categorieën onder 'Onbekend', de laatste paragraaf binnen iedere categorie.
Indien één project uit verschillende categorieën gebouwen bestond, bijvoorbeeld een klooster met een school of een pastorie en een school, dan is er consequent voor gekozen om de archiefstukken onder te brengen in de categorie 'kerkelijke gebouwen'. Een combinatie van een woning met een ander gebouw is bij de categorie 'woonhuizen' ondergebracht. In de andere categoriëen zijn in N.B.'s verwijzingen naar de desbetreffende inventarisnummers opgenomen.
De tekeningen kunnen op verschillende manieren verpakt zijn; in rollen of opgevouwen in pakken of omslagen. De lichtdrukken van tekeningen werden meestal opgevouwen bewaard, los of in dossier
De opgerolde tekeningen zijn ongeveer per 15 stuks verpakt in kokers. Dit zijn -op enkele uitzonderingen na- calques, tekeningen die op speciaal dun papier werden getekend en die gereproduceerd (gekopieerd) kunnen worden als lichtdruk of blauwdruk. Op het lint (keperband) is dan het inv.nr. vermeld, soms ook het aantal tekeningen tussen ronde haken.
Indien een project tekeningen bevat van andere personen, architectenbureaus of bedrijven wordt dit afzonderlijk vermeld; bevat een project alleen tekeningen van H.W., G.H.F. en H.W.J. Valk, dan zijn deze namen achterwege gelaten.
In verband met de omvang en de materiële staat van het totale archief was het niet mogelijk om de inventarisnummers oplopend te nummeren.
Tijdens de inventarisatie is gekozen voor de beschrijving 'tekeningen' en niet voor bijvoorbeeld 'ontwerptekeningen'. De ontwerpfase is niet altijd voor honderd procent vast te stellen.
Het bestek bevat soms bijlagen. Dit kunnen staten van meer- en minderwerk zijn of een staat van aanwijzing en/of wijzigingen. Een staat van aanwijzing is een als het ware een korte samenvatting van het bestek en voorwaarden. Een staat van wijzigingen beschrijft de wijzigingen die, na voltooing van het bestek, bijvoorbeeld op initiatief van de opdrachtgever aan het project worden aangebracht. Soms zijn ook bij het bestek bestektekeningen ingesloten. Dit is aangegeven in de beschrijving.
In de dagboeken die de opzichter voor de administratie bijhoudt, staan gegevens vermeld variërend van de weersomstandigheden tot de op een bepaalde dag gebruikte bouwmaterialen. Helaas is slechts een aantal van deze opzichtersdagboeken bewaard gebleven. Soms is ook het dossier van de opzichter bewaard gebleven. Hierin kunnen correspondentie en aantekeningen van de opzichter zelf zitten. De rapporten die de opzichter schreef over de voortgang van de werkzaamheden waren bedoeld voor de opdrachtgever.
De correspondentie bij een bepaald project bevat vaak een eigentijdse agenda. Indien aanwezig wordt deze vermeld in de beschrijving. Helaas zijn deze agenda's niet altijd betrouwbaar. Als er bij de briefwisseling bijlagen zijn, dan is dit eveneens vermeld. Zij kunnen bestaan uit krantenknipsels over het project, documentatiemateriaal dat door bedrijven bij offertes is meegestuurd en uitnodigingen aan de architect(-en) voor de opening van het opgeleverde project. De correspondentie bevat briefwisselingen met de opdrachtgever, met verschillende instanties en met verschillende ondernemers die bij de bouw betrokken zijn (aannemers, schilderbedrijven, technische installatiebedrijven enzovoort).
De correspondentie is soms wel en soms niet genummerd. Dit laatste is met name het geval vanaf 1935.
Sinds het begin van de vijftig werd aan ieder project een projectnummer gegeven. Men begon met nummer 300 en nummerde terug voor de reeds bestaande projecten. Omdat er echter al meer dan driehonderd projecten waren, kwam men dus nummers tekort; vandaar dat er projecten zijn met een A-nummer. Het projectnummer staat vermeld op de meeste tekeningen en op een eventuele agenda van de correspondentie.
Technische stukken kunnen de volgende inhoud hebben: een technische of bouwkundige berekening van bijvoorbeeld stalen balken, betonconstructies enzovoort. Ook bevatten deze stukken vaak rapporten, al dan niet met tekeningen, van technische adviesbureaus voor de technische installaties zoals centrale verwarming en electriciteit.
Tekeningen van andere architecten die niet door Valk bij een project zijn gebruikt worden in een aparte rubriek (nr. 16) vermeld. Dit geldt uiteraard niet voor tekeningen van mede-architecten van een project of voor tekeningen waarvan het overduidelijk is dat ze door Valk gebruikt zijn bij een specifiek project.
De tekeningen zijn alfabetisch geordend op achternaam van de architect. Tekeningen waarvan de architect onbekend is, staan achteraan in de rubriek, alfabetisch op plaatsnaam.
Er zijn met de hand gemaakte tekeningen (pen, potlood, krijt, wasco en waterverf) en afdrukken hiervan. Tot slot is ook een aantal maquettes overgedragen.
Rijksarchief in Noord-Brabant, 1998
Rijksarchief in Noord-Brabant, 1998
Aanwijzingen voor de gebruiker
Bijlagen
4.360 beschreven archiefstukken
8 gedigitaliseerd
totaal 102 bestanden
Inventaris
4.360 beschreven archiefstukken
8 gedigitaliseerd
totaal 102 bestanden
Kenmerken
Datering:
1913-1975
Vindplaats origineel:
BHIC 's-Hertogenbosch
Categorie:
4.360 beschreven archiefstukken
8 gedigitaliseerd
totaal 102 bestanden