Notaris Johannes Amelrici de Buscoducis oorkondt dat Johannes de Platea, deken, en het kapittel van Sint-Jan als investiet van de parochie 's-Hertogenbosch toestemming geven aan pater Johannes de Roest, minister-generaal van de orde van de Derde Regel van Sint-Franciscus in het bisdom Luik, Arnoldus de Vessem, minister van die orde in de stad Traiectum (waarschijnlijk Maastricht), en Johannes de Peer, minister, en broeder Johannes Cruysman, convers van de bogarden in 's-Hertogenbosch, ten behoeve van het Bogardenklooster aldaar, om degenen die in dit klooster in de Verwerstraat verblijven daar ook te begraven en te voorzien van sacramenten en sacramentalia, onder voorwaarde dat ze de parochiale rechten aan het kapittel blijven betalen, zoals ze tevoren deden voor de oprichting van dit huis. Alleen op speciaal verzoek mogen ze parochianen van de Sint-Jan begraven, maar met betaling van de verschuldigde rechten aan de pastoor. Ze mogen wijwater gebruiken en op bepaalde dagen in hun klooster voor het volk preken. Alleen met toestemming van deken en kapittel mogen ze andere priesters dan die tot hun orde horen de eerste mis laten lezen in het klooster. Deken en kapittel behouden zich het patronaatsrecht voor van alle kerkelijke en wereldlijke beneficies en officies in het klooster. Ten slotte komen ze overeen dat het klooster jaarlijks 3 rijnsgulden aan deken en kapittel betaalt als schadeloosstelling en erkenning van rechten. Gedaan in de kapittelzaal van de Sint-Jan in aanwezigheid van heer Cornelius Heyen de Oesterwijck, viceplebaan, Rutgerus Christiani de Os, beneficiaat, en Johannes Michaelis, bastionarius van de Sint-Jan.
Notaris Johannes Amelrici de Buscoducis oorkondt dat Johannes de Platea, deken, en het kapittel van Sint-Jan als investiet van de parochie 's-Hertogenbosch toestemming geven aan pater Johannes de Roest, minister-generaal van de orde van de Derde Regel van Sint-Franciscus in het bisdom Luik, Arnoldus de Vessem, minister van die orde in de stad Traiectum (waarschijnlijk Maastricht), en Johannes de Peer, minister, en broeder Johannes Cruysman, convers van de bogarden in 's-Hertogenbosch, ten behoeve van het Bogardenklooster aldaar, om degenen die in dit klooster in de Verwerstraat verblijven daar ook te begraven en te voorzien van sacramenten en sacramentalia, onder voorwaarde dat ze de parochiale rechten aan het kapittel blijven betalen, zoals ze tevoren deden voor de oprichting van dit huis. Alleen op speciaal verzoek mogen ze parochianen van de Sint-Jan begraven, maar met betaling van de verschuldigde rechten aan de pastoor. Ze mogen wijwater gebruiken en op bepaalde dagen in hun klooster voor het volk preken. Alleen met toestemming van deken en kapittel mogen ze andere priesters dan die tot hun orde horen de eerste mis laten lezen in het klooster. Deken en kapittel behouden zich het patronaatsrecht voor van alle kerkelijke en wereldlijke beneficies en officies in het klooster. Ten slotte komen ze overeen dat het klooster jaarlijks 3 rijnsgulden aan deken en kapittel betaalt als schadeloosstelling en erkenning van rechten. Gedaan in de kapittelzaal van de Sint-Jan in aanwezigheid van heer Cornelius Heyen de Oesterwijck, viceplebaan, Rutgerus Christiani de Os, beneficiaat, en Johannes Michaelis, bastionarius van de Sint-Jan.