Archieven

41 Verbaal van de tienden met de volgende berichten: de predikant en twee ouderlingen van de dorpen Bladel en Hapert zijnde dominee Vierssen als ook A, van Graaff en rentmeester De Back gedurende hun aanwezigheid in ’s-Hertogenbosch zich via een rekest hebben gewend tot de Ed: Mo: gecommitteerden waar ze te kennen hebben gegeven dat ten gevolge van de resolutie van de kerkenraad van 8 oktober 1739 en de ampliatie van dien van 29 juni 1741, was vastgesteld, dat alle jaren een ouderling en een diaken de oudste in bedieningen zijnde zouden afgaan en i n hun plaats twee nieuwe verkozen zouden worden en dat tegen deze resolutie door de kerkenraad is gehandeld en moet de kerkenraad worden gelast deze resolutie stipt na te komen [met details]; Rekest van Francois van der Schoot uit Oirschot die er zich over beklaagt dat rentmeester De Back de leverantie van rogge niet wil accepteren [met details]; aanbesteding van het maken van een huisje aan ’s lands korenmolen te Someren aangenomen door molenmeester Hendrik Deenen voor een som van 350 gl.; de reparatie van de tiendklok te Hilvarenbeek; verzoek van Jan van den Pol uit Oirschot tenderende om aankoop van een rente van 1-10-0 op de hoeve Ellaren die hij i n1740 publiek heeft gekocht en niet was begroot; reactie op de missive van de raad en rentmeester generaal der domeinen Wevering van Holij n.a.v. een verzoek van de officier en regenten van Reusel in kwartier Kempenland over een bedrag van 50 gl. wegens voorschot en salaris van agent Juijn n de dorpsrekening onder de uitgaven ingebracht zijnde de kosten veroorzaakt door een zekere Corstiaan van den Kerkhoff als borgemeester wat geweigerd is; missive van dezelfde raad en rentmeester i.v.m. de verkoop van een visserij en de cijns van 1:18:0 in welk verband wordt genoemd Rijd Gerrits Bediks;

168 Missive van rentmeester Lyklama à Nijeholt en De Kempenaer op een rekest van Elisabeth Bonnet weduwe en erfgename van mr. Pieter Luevelerius (?) in zijn leven drossaard der baronie van Boxtel en de heerlijkheid Liempde verzoekende dat voldaan zou worden de recognitie over 1732 van de kerk te Boxtel ter somme van 90 gl. en van de roomse kerk van Liempde ter waarde van 25 gl.; gevolgd door een rekest van de regenten van het dorp Casteren in kwartier Kempenland met een verzoek aan de Ed: Mo: om de rentmeester te ordonneren naast de kanunniken van het kapittel van Hilvarenbeek om de kerk van de supplianten en het torentje waar in de klokjes geluid kunnen worden op de voet als vanouds te repareren op de wijze zoals de Ed: Mo: zullen goedvinden, waarop na deliberatie is goedgevonden de rentmeester te autoriseren om, met kennis van de genoemde kanunniken, een klokhuisje te laten maken conform het voorstel dat in de missive is gedaan; idem een missive van genoemde rentmeester over een eeuwigdurende erfpacht van enige percelen die voorheen hebben toebehoord aan de pastorie van Hapert en onder zijn administratie vallen

157 Bericht van mr. Nicolaas de Gijselaar waarnemende het ambt van raad en rentmeester generaal der domeinen van Brabant in het kwartier van ’s-Hertogenbosch op een rekest van de drossaards van Tilburg, Hilvarenbeek, Boxtel en Loon op Zand verzoekende om een ordonnantie van 1500 gl. tot betaling van de wederhelft van de proces- en executiekosten die zijn gevallen op het apprehenderen [gevangen nemen], terechtstellen en executeren van diverse delinquenten op basis van een resolutie van de Ho: Mo: van 11 december 1720; discussie omdat het hier gaat om inboorlingen en de resolutie heeft slechts betrekking op vreemdelingen die van buitenaf binnenkomen en sommigen daarvan terechtgesteld en gestraft worden vanwege delicten, niet behorende tot het plakkaat van 6 juni 1707, vandaar dat dit verzoek wordt afgeslagen

226 Missive van mr. Nicolaas de Gijselaar op een rekest van Adriaan Bernage drossaard van Tilburg, Jacobus Coenraads drossaard van Hilvarenbeek, Martinus van Lansbergen drossaard van Boxtel en Otto Juin drossaard van Loon op Zand over de premie i.v.m. het executeren van verschillende delinquenten die veroordeeld zijn tot de dood of tot een mindere straf en er wordt een bedrag genoemd nl. de helft van 1500 gl.