Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.
Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:
• Kenmerken van het archief • Inleiding op het archief • Inventaris of plaatsingslijst • Eventueel bijlagen
De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.
De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.
De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.
Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.
De leden van het college van Gedeputeerde Staten (GS) worden gekozen door en uit de Provinciale Staten. * Het college vormt het dagelijks bestuur van de provincie. GS zijn daarmee gezamenlijk verantwoordelijk voor de voorbereiding van de zaken die in de vergaderingen van PS aan de orde komen. Ook is het hun taak om de beslissingen van PS uit te voeren. Ze voeren ook taken uit namens het rijk, de zogenaamde medebewindstaken. Ook houden GS toezicht op de besturen van gemeenten en waterschappen, voor zover dit aan hen is opgedragen. Elke gedeputeerde heeft een eigen takenpakket, portefeuille genoemd. De voorzitter van GS is de commissaris van de Koningin.
De grondwettelijke bepaling dat PS de leden van GS uit hun midden kiezen is bij de grondwetsherziening in 1983 vervallen. In de herziening van de Provinciewet van 1992 werd deze eis echter weer opgenomen (art. 35, lid 1). Op 12 maart 2003 werd de Wet dualisering provinciebestuur ingevoerd. Voordat het dualisme zijn intrede deed (dus ook in de periode van dit archief), waren PS en GS nauw met elkaar verweven. De kern van de dualisering op provinciaal bestuur bestaat uit het ontvlechten van de rollen van PS en GS door het aanbrengen van een scheiding tussen de samenstelling, functies en bevoegdheden van de Staten en het college. Gedeputerden maken niet langer deel uit van de fracties in PS. GS vormt het dagelijks bestuur en PS moet zich meer richten op hun kaderstellende en controlerende rol. Zie: www.politiekcompendium.nl.
1.8.3. De griffier als secretaris van Provinciale Staten en Gedeputeerde Staten
1.8.4. De statencommissies
1.8.5. Het Interprovinciaal Overleg (IPO)
1.8.6. De ambtelijke organisatie
2. Verantwoording van de inventarisatie
3. Aanwijzingen voor de gebruiker
Overzicht van de geraadpleegde literatuur en bronnen
Deze toegang bevat een of meer stukken die tot 1 januari 2075 niet zonder meer openbaar zijn. Het precieze jaar van openbaarheid kun je per inventarisnummer vinden.