Bureau Basisemancipatie had als doel: ‘Methodiekontwikkeling, verschaffen van informatie, steun bij het opzetten van activiteiten zoals kadertraining, adviseren over subsidiëring, begeleiden van plaatselijke en regionale samenwerking en netwerkvorming, ontwikkelen van nieuwe initiatieven’. De werkterreinen bestonden uit open vrouwenwerk, vrouwengroepen en vrouwenverenigingen en vrouwen uit minderheidsgroeperingen.
Het uitvoerende werk van de organisatie was te verdelen in advisering en begeleiding, studiedagen en trainingen. Regionale netwerkvorming en publicaties voor de volgende doelgroepen: provincie, gemeente, georganiseerd vrouwenwerk en autonoom vrouwenwerk.
Door de gezamenlijke huisvesting van de beide steunfunctionarissen van PVR en Stichting OPEN en het bij elkaar brengen van de gescheiden geldstromen werd het mogelijk de gescheiden secretariaatsondersteuning samen te voegen. Op 31 augustus 1990 werd in de vergadering van Provinciale Staten in het kader van de HEI-operatie het besluit genomen dat er per 1 januari 1991 één steunfunctie moest komen voor emancipatorisch vrouwenwerk.
Kern van het besluit was één steunfunctie-instituut vrouwenemancipatie door een samengaan van het Provinciaal Bureau Basisemancipatie, de steunfunctionarissen basisemancipatie minderheden en de beleidsmedewerker, en de ondersteuningstaken van de Stichting Provinciale Vrouwenraad Noord-Brabant.
Dit betekende dat de provincie vanaf 1991 beschikte over een ontwikkelinstituut (‘Sichting Vrommes’ later genaamd ‘Bureau Basisemancipatie’) en een ondersteuningsinstituut (EOS) op het terrein van emancipatie.
(Vervolg: Stichting Noord-Brabants steunfunctie-instituut Vrouwenemancipatie “Emancipatie Ondersteunings Stichting” (EOS), 1991-1995.)