Vanaf januari 1990 maakte Vrommes deel uit van het decentralisatie-experiment van de Rijksoverheid. Een experimentele fase waarbij onderzocht werd welke plaats Vrommes als ontwikkelinstituut in kon nemen in de provinciale ondersteuningsstructuur. In dat kader werd Vrommes vanaf 1 juli 1990 gesubsidieerd door de provincie Noord-Brabant. In 1991 werden de contacten met de provincie geïntensiveerd en gestructureerd. De doelstelling van Vrommes was gefundeerd in de centrale beleidsdoelstelling van het emancipatiebeleid van de regering, zoals verwoord in het beleidsplan Emancipatie van 1985: ”het bevorderen van de huidige maatschappij, waarin het sekseverschil nog in zo’n grote mate is geïnstitutionaliseerd naar een pluriforme maatschappij, waarin ieder ongeacht sekse of burgerlijke staat de mogelijkheid heeft een zelfstandig bestaan te verwerven en waarin mannen en vrouwen gelijke rechten, kansen, vrijheden en verantwoordelijkheden kunnen realiseren”. Binnen dit kader stelde Vrommes zich ten doel: Het realiseren van evenredige deelname van vrouwen (als consument) aan het aanbod van maatschappelijke voorzieningen in Brabant.
•Autonome vrouwenbeweging
•De Overheid
•De maatschappelijke instellingen
De werkterreinen lagen op het terrein van vrouwenhulpverlening, provinciaal emancipatiebeleid, gemeentelijk emancipatiebeleid, oudere vrouwen, educatie en informatievoorziening.