De omvang van het archief was 40,7 meter. Bij aanvang bedroeg de omvang 38,4 meter. Daarna zijn daaraan toegevoegd 1,5 meter ordners, 5 archiefdozen losse stukken afkomstig van het bestuur en 3 archiefdozen met audiovisueel materiaal (0,8 meter) afkomstig van mevrouw R. Hilhorst.
De selectie heeft plaatsgevonden op basis van de provinciale selectielijst 2000. In verband met de ongeordendheid van het archief is op stukniveau geselecteerd. Ook zijn een aantal archiefbestanden voorafgaand aan die van de taakvoorgangers bewaard. Deze bestanden vormen de fundamenten voor de latere rechtspersonen en rechtsopvolgers. Op die grond is besloten de bestanden blijvend te bewaren.
Van de voor direct voor vernietiging in aanmerking komende stukken is een VVV- lijst opgemaakt . Het te vernietigen gedeelte wordt na toestemming van de beheerder, afgevoerd naar de firma Sita Nederland, erkend bedrijf in o.a. archiefvernietiging.
Archiefbescheiden die niet direct voor vernietiging vatbaar waren omdat de termijnen daarvoor nog niet waren verstreken, zijn apart gehouden en op VVV termijn ingevoerd in het documentmanagementsysteem DM6 van de provincie Noord-Brabant in respectievelijk de VVV-blokken 2010, 2015 en 2020.

Subsidieverlening
Stukken met betrekking tot het verkrijgen van subsidie zijn bewaard gebleven. Dit in verband met de aanvullende gegevens die hierin zijn aangetroffen over het beleid van de organisatie. De stukken zijn naar subsidiejaar en rechtspersoon opnieuw geordend en opgenomen onder de term financiën.

Archiefbestand Stichting Regionaal steunpunt Emancipatie Activiteiten voorheen project Vorming en Emancipatie (Voem) van de Vereniging Steungroep Welzijn- en Opbouwwerk Midden-Langstraat, 1979-1984.
De kerngroep van de stichting besloot om het archief in 1984 “tijdelijk” onder te brengen bij het Steunpunt Midden-Brabant te ’s-Hertogenbosch*11 . Het archief is er uiteindelijk gebleven. Besloten is om het archief op te nemen omdat dit als een bouwsteen gezien kan worden in de ontwikkeling van het emancipatiebeleid in Noord-Brabant.

In de archieven van het VOS-project, 1976-, de Initiatiefgroep Discussie Vrouwenemancipatiebureaus, 1979-1981 en de Kerngroep Emancipatoir Vrouwenwerk Noord-Brabant en Open Beraad, 1981-1984 zijn geen stukken aangetroffen over de archivering of overdracht aan de Vrouwensteunpunten Noord-Brabant.

Archiefbestand Personele werknemersvertegenwoordiging (PVT), 2000-2001.
Conform de Wet op de Ondernemingsraden artikel 9. lid 2 onder a en de CAO Welzijn zijn de bureaus voor emancipatie in Nederland verplicht een personele werknemersvertegenwoordiging (PVT) in het leven te roepen. In 2000 werd ook bij bureau Emancipatie Noord-Brabant een PVT in het leven geroepen. Het archief (2000-2001, 1 ordner) is zeer incompleet en de onderwerpen beslaan grotendeels onderwerpen als regeling thuiswerken, reiskostenvergoeding, klachtenprocedure e.d. voor het personeel. De PVT werd hiervoor om advies gevraagd. Gezien de incomplete staat van het archief, de aard van de onderwerpen en de geringe rol die de PVT kon hebben op het uitvoerend beleid is besloten het archiefbestand niet te bewaren.

*11. Afsprakenlijstje van de kerngroep Stichting Regionaal Steunpunt Emancipatie- activitieiten, september 1984. Invnr. 19.

Collectie Vedette
De collectie Vedette is een documentatiecollectie van onder andere tijdschriften, krantenartikelen, literatuur en brochures over emancipatie en feminisme in Noord-Brabant. De collectie is opgezet door het “Documentatiecentrum voor Emancipatie en Feminisme” te Tilburg. In welke periode de collectie precies is samengesteld is niet bekend, maar de stukken dateren van ca.1986-2002. Er is geen toegang op de collectie aangetroffen. Op voorstel van mevrouw Hilhorst is de collectie in 2007 aangeboden aan het Internationaal Informatiecentrum en Archief voor de Vrouwenbeweging (IIAV) te Amsterdam en het Brabants Historisch Informatiecentrum te ‘s Hertogenbosch.
Het IIAV heeft aangegeven alleen belangstelling voor de collectie te hebben als er een toegang op is. Het IIAV heeft alleen belangstelling voor stukken die aanvullend zijn op hun collectie. Er is geen capaciteit om collecties zonder toegang hierop te onderzoeken. Er is geen toegang op de collectie Vedette aangetroffen in de collectie zelf en ook niet in de afzonderlijke archiefbestanden. Het archief wordt dus niet interessant bevonden door het IIAV.
Voor het overige materiaal blijkt dat het merendeels documentatie is van emancipatieactiviteiten die plaats hebben gevonden in de gemeente Tilburg. Dit is ook logisch te verklaren gezien het feit dat Vedette in Tilburg gevestigd was. Naast deze lokale documentatie is veel landelijk materiaal aangetroffen dat naar alle waarschijnlijkheid ook al in de collectie van het IIAV is opgenomen.

Erik Baas heeft in het najaar 2006 een overleg gehad met het Rijksarchief waar besproken werd of zij belangstelling hadden voor de collectie. Het Rijksarchief heeft aangegeven geen belangstelling te hebben. Uiteindelijk is voornoemde documentatiecollectie overgebracht naar de Bibliothecaris dhr. J.A.M. Kuijlen, Brabant-Collectie, Tilburg University.

Erik Baas heeft in het najaar 2006 een overleg gehad met het Rijksarchief waar besproken werd of zij belangstelling hadden voor de collectie. Het Rijksarchief heeft aangegeven geen belangstelling te hebben. Uiteindelijk is voornoemde documentatiecollectie overgebracht naar de Bibliothecaris dhr. J.A.M. Kuijlen, Brabant-Collectie, Tilburg University. Als er geen bestemming gevonden zou zijn zou de collectie vernietigd zijn aangezien de provincie géén bewaarfunctie heeft. Omvang van de collectie omvat 86 dozen.