Schepenen van ’s-Hertogenbosch oorkonden dat [Cecilia, vrouw van wijlen Jacob, en Catharina, dochter van Dirk, ***] Olland, tussen de gemene plaats enerzijds en het erfgoed van Gerard Diexss., Jan Evertss. en de kinderen van wijlen Thomas Lambertss. anderzijds, welke cijns Elisabeth, dochter van wijlen Christiaan Henricsken en wijlen Geertrui, overgedragen had aan Gijsbert van de Velde ten behoeve van de kinderen van wijlen Jan, zoon van wijlen Christiaan Mathijssen, voor een derde deel, aan Cecilia, vrouw van wijlen Jacob, voor een derde deel en aan Catharina, dochter van Dirk, voor een derde deel, hebben overgedragen aan Dirk van Kessel, zoon van Bernard van Kessel, ten behoeve van het Clarissenklooster te Boxtel, verblijvend te ’s-Hertogenbosch.
Getuigen: schepenen van ’s-Hertogenbosch: Everard de Borchgreve en Johannes van Brecht. i
Schepenen van ’s-Hertogenbosch oorkonden dat [Cecilia, vrouw van wijlen Jacob, en Catharina, dochter van Dirk, ***] Olland, tussen de gemene plaats enerzijds en het erfgoed van Gerard Diexss., Jan Evertss. en de kinderen van wijlen Thomas Lambertss. anderzijds, welke cijns Elisabeth, dochter van wijlen Christiaan Henricsken en wijlen Geertrui, overgedragen had aan Gijsbert van de Velde ten behoeve van de kinderen van wijlen Jan, zoon van wijlen Christiaan Mathijssen, voor een derde deel, aan Cecilia, vrouw van wijlen Jacob, voor een derde deel en aan Catharina, dochter van Dirk, voor een derde deel, hebben overgedragen aan Dirk van Kessel, zoon van Bernard van Kessel, ten behoeve van het Clarissenklooster te Boxtel, verblijvend te ’s-Hertogenbosch.
Getuigen: schepenen van ’s-Hertogenbosch: Everard de Borchgreve en Johannes van Brecht.