Jan Roeffens, gemachtigd door meester Pieter Jansenius, advocaat bij de provinciale Raad van Vlaanderen te Gent, vader en voogd van de minderjarige kinderen van hem en zijn vrouw Lucretia de Graeff, testamentaire erfgenamen van doctor Johan van der Weghe, aangesteld en gemachtigd als hun voogd op 4 juli 1671 door de rector magnificus van de universiteit van Leuven, met instemming van de schepenen van ’s-Hertogenbosch op 29 augustus 1671 zoals staat in een lastbrief die is opgemaakt door Hendrik van Deursen, openbaar notaris,
heeft in bijzijn en met toestemming van Jan Jacobs Lavigne een hof in de baronie van Boxtel, naast het kerkhof enerzijds en naast de dorpsgracht anderzijds, strekkend van het erfgoed van Willem van Haren tot aan de school daar, overgedragen aan Antoon de Velle, notaris en klerk van de secretarie van ’s-Hertogenbosch, waarna Antoon deze hof heeft overgedragen aan Jan Roeffens.
Getuigen: schepenen van ’s-Hertogenbosch: Hendrik Copes en Jan Davids van Oerle. i
Jan Roeffens, gemachtigd door meester Pieter Jansenius, advocaat bij de provinciale Raad van Vlaanderen te Gent, vader en voogd van de minderjarige kinderen van hem en zijn vrouw Lucretia de Graeff, testamentaire erfgenamen van doctor Johan van der Weghe, aangesteld en gemachtigd als hun voogd op 4 juli 1671 door de rector magnificus van de universiteit van Leuven, met instemming van de schepenen van ’s-Hertogenbosch op 29 augustus 1671 zoals staat in een lastbrief die is opgemaakt door Hendrik van Deursen, openbaar notaris,
heeft in bijzijn en met toestemming van Jan Jacobs Lavigne een hof in de baronie van Boxtel, naast het kerkhof enerzijds en naast de dorpsgracht anderzijds, strekkend van het erfgoed van Willem van Haren tot aan de school daar, overgedragen aan Antoon de Velle, notaris en klerk van de secretarie van ’s-Hertogenbosch, waarna Antoon deze hof heeft overgedragen aan Jan Roeffens.
Getuigen: schepenen van ’s-Hertogenbosch: Hendrik Copes en Jan Davids van Oerle.