Nadat Laurencius, zoon van Johannes Lupprechs, bij afwezigheid van Willelmus de Brakel, zoon van Jacobus, aanspraak gemaakt heeft op zijn naastingsrecht betreffende 1½ mud rogge erfpacht, overgedragen aan meester Arnoldus de Weilhusen ten behoeve van genoemde Willelmus door Henricus, zoon van Henricus Lupprechs, heeft genoemde Laurencius voor schepenen van 's-Hertogenbosch zijn naastingsrecht overgedragen aan meester Arnoldus ten behoeve van genoemde Willelmus.
Nadat Laurencius, zoon van Johannes Lupprechs, bij afwezigheid van Willelmus de Brakel, zoon van Jacobus, aanspraak gemaakt heeft op zijn naastingsrecht betreffende 1½ mud rogge erfpacht, overgedragen aan meester Arnoldus de Weilhusen ten behoeve van genoemde Willelmus door Henricus, zoon van Henricus Lupprechs, heeft genoemde Laurencius voor schepenen van 's-Hertogenbosch zijn naastingsrecht overgedragen aan meester Arnoldus ten behoeve van genoemde Willelmus.