Colinus, abt van Echternach, oorkondt dat hij Willelmus Lippen de Zeelst opdraagt zijn zaken voor hem in Brabant waar te nemen, met name zijn leenrechten betreffende.
Colinus, abt van Echternach, oorkondt dat hij Willelmus Lippen de Zeelst opdraagt zijn zaken voor hem in Brabant waar te nemen, met name zijn leenrechten betreffende.