Schepenen van Zaltbommel oorkonden dat Gerit van Strijn, broeder tot Soevenbergen, kwijtgescholden heeft aan broeder Heynric die Vroede, prior 'des gestichts van Constantinopell' in Vught, alle beloften die hem vroeger gedaan zijn door broeder Thyman Kroeck, prior, en broeder Thomas van Driel, procurator, na de dood van zijn vrouw Alyt Pieck, betreffende een lijfrente van 250 rijnsgulden per jaar op zijn leven.
Schepenen van Zaltbommel oorkonden dat Gerit van Strijn, broeder tot Soevenbergen, kwijtgescholden heeft aan broeder Heynric die Vroede, prior 'des gestichts van Constantinopell' in Vught, alle beloften die hem vroeger gedaan zijn door broeder Thyman Kroeck, prior, en broeder Thomas van Driel, procurator, na de dood van zijn vrouw Alyt Pieck, betreffende een lijfrente van 250 rijnsgulden per jaar op zijn leven.