Notaris Sanderus Pyeck de Batenborch oorkondt dat Nicolaus Janssoen van der Stegen, weduwnaar van Heilwigis, dochter van Hermannus Pynne, en hun kinderen meester Johannes en Rutgerus overgedragen hebben als schenking onder de levenden aan hem, notaris, ten behoeve van het kartuizerklooster in Vught een erfcijns van 4 pond uit een cijns van 6 pond uit een huis, erf, tuin en 2 kampjes in Orthen; een erfcijns van 4 pond uit een huis, erf en tuin in Empel, ter plaatse geheten Op Die Woerde, uit 2 morgen land daar en uit 1½ morgen land daar, ter plaatse geheten Op Die Gullen; en een erfcijns van 2 pond uit een huis, erf en tuin in Empel, ter plaatse geheten Den Woerde. Hiervoor moeten 5 jaargetijden gedaan worden, namelijk voor Heilwigis op 15 juli en haar dochter Elizabeth op 11 mei overleden, waarvoor het klooster iedere keer 2 pond krijgt, en voor Nicolaus Janssoen en hun zonen meester Johannes en Rutgerus na hun dood, met vigilia en door de kloosterlingen gezongen zielmis, waarbij hun portie aan eten en drinken na ieder overlijden met 15 stuiver verhoogd werd. Verleden bij de Zwesteren op de Papenhulst met als getuigen Goeswinus de Balen, priester en Gijselbertus, zoon van Henricus die Bruyn.
Notaris Sanderus Pyeck de Batenborch oorkondt dat Nicolaus Janssoen van der Stegen, weduwnaar van Heilwigis, dochter van Hermannus Pynne, en hun kinderen meester Johannes en Rutgerus overgedragen hebben als schenking onder de levenden aan hem, notaris, ten behoeve van het kartuizerklooster in Vught een erfcijns van 4 pond uit een cijns van 6 pond uit een huis, erf, tuin en 2 kampjes in Orthen; een erfcijns van 4 pond uit een huis, erf en tuin in Empel, ter plaatse geheten Op Die Woerde, uit 2 morgen land daar en uit 1½ morgen land daar, ter plaatse geheten Op Die Gullen; en een erfcijns van 2 pond uit een huis, erf en tuin in Empel, ter plaatse geheten Den Woerde. Hiervoor moeten 5 jaargetijden gedaan worden, namelijk voor Heilwigis op 15 juli en haar dochter Elizabeth op 11 mei overleden, waarvoor het klooster iedere keer 2 pond krijgt, en voor Nicolaus Janssoen en hun zonen meester Johannes en Rutgerus na hun dood, met vigilia en door de kloosterlingen gezongen zielmis, waarbij hun portie aan eten en drinken na ieder overlijden met 15 stuiver verhoogd werd. Verleden bij de Zwesteren op de Papenhulst met als getuigen Goeswinus de Balen, priester en Gijselbertus, zoon van Henricus die Bruyn.