Robertus Johannis Ossius, vice-pastoor van Vught Sint-Lambertus, oorkondt dat Peterken, dochter van Gerit Snocx, in zijn bijzijn, nadat hij haar de laatste sacramenten toegediend had, haar testament gemaakt heeft, waarbij zij legateert aan de Sint-Janskerk in Den Bosch en de vier biddende orden ieder een stuiver; voor de mis van het Heilig Sacrament die men iedere vrijdag in de kerk van Vught Sint-Lambertus zingt, 3 pond payment rente voor het onderhoud van deze mis en voor een officiant om voor haar ziel te bidden, te betalen uit een goed waarop Jan Goessens die Mesmaker woont in Vught; aan diverse familieleden renten, kledingstukken en huisraad; aan iedere 'heerbroeder' van de kartuizers eenmalig 12 stuiver; ten behoeve van het huis van het kartuizerklooster aan de voorste poort twee bedden met toebehoren. Ten behoeve van een eeuwig jaargetijde met mis en vigilie in de kerk van de kartuizers met een pitantie voor de heren op deze dag schenkt ze aan de prior uit haar erfelijke goederen 125 gulden; alle overige zaken komen aan haar zoon Bartholomeus, procurator van het genoemde klooster. Tot uitvoerder van het testament benoemt ze heer Jan Horcmans, pastoor van Sint-Petrus te Vught, met toestemming van heer Hanrick, haar broer, prior van de kartuizers, en heer Bartholomeus, haar zoon.
Robertus Johannis Ossius, vice-pastoor van Vught Sint-Lambertus, oorkondt dat Peterken, dochter van Gerit Snocx, in zijn bijzijn, nadat hij haar de laatste sacramenten toegediend had, haar testament gemaakt heeft, waarbij zij legateert aan de Sint-Janskerk in Den Bosch en de vier biddende orden ieder een stuiver; voor de mis van het Heilig Sacrament die men iedere vrijdag in de kerk van Vught Sint-Lambertus zingt, 3 pond payment rente voor het onderhoud van deze mis en voor een officiant om voor haar ziel te bidden, te betalen uit een goed waarop Jan Goessens die Mesmaker woont in Vught; aan diverse familieleden renten, kledingstukken en huisraad; aan iedere 'heerbroeder' van de kartuizers eenmalig 12 stuiver; ten behoeve van het huis van het kartuizerklooster aan de voorste poort twee bedden met toebehoren. Ten behoeve van een eeuwig jaargetijde met mis en vigilie in de kerk van de kartuizers met een pitantie voor de heren op deze dag schenkt ze aan de prior uit haar erfelijke goederen 125 gulden; alle overige zaken komen aan haar zoon Bartholomeus, procurator van het genoemde klooster. Tot uitvoerder van het testament benoemt ze heer Jan Horcmans, pastoor van Sint-Petrus te Vught, met toestemming van heer Hanrick, haar broer, prior van de kartuizers, en heer Bartholomeus, haar zoon.