Johannes Kanapert en Bernardus Janssoen de Overmeer, schepenen van 's-Hertogenbosch, verklaren dat Petrus, zoon van wijlen Johannes de Herenthom, man van Mechteld, dochter van wijlen Johannes de Zonne, heeft opgedragen aan Martinus de Elmpt, al zijn recht op een erfpacht van 1 mud rogge (gaande uit 8 lopense land geheten die Brake), welke erfpacht Martinus beloofd had te betalen zolang zij leven en na hun dood aan Petrus, door Petrus de Herenthom gewonnen bij Elisabeth, alsmede aan Nycolaus Reynerssoen
Johannes Kanapert en Bernardus Janssoen de Overmeer, schepenen van 's-Hertogenbosch, verklaren dat Petrus, zoon van wijlen Johannes de Herenthom, man van Mechteld, dochter van wijlen Johannes de Zonne, heeft opgedragen aan Martinus de Elmpt, al zijn recht op een erfpacht van 1 mud rogge (gaande uit 8 lopense land geheten die Brake), welke erfpacht Martinus beloofd had te betalen zolang zij leven en na hun dood aan Petrus, door Petrus de Herenthom gewonnen bij Elisabeth, alsmede aan Nycolaus Reynerssoen