Albert en Isabella, hertogen van Brabant etc., op de klacht van de provisor van het gasthuis voor zes arme mannen te Esch, dat hij enige renten niet ingevorderd zal krijgen, bevelen de deurwaarder of bode, die daartoe door hem aangezocht zal worden, bedoelde renten in te vorderen, desnoods met middelen van dwang
Albert en Isabella, hertogen van Brabant etc., op de klacht van de provisor van het gasthuis voor zes arme mannen te Esch, dat hij enige renten niet ingevorderd zal krijgen, bevelen de deurwaarder of bode, die daartoe door hem aangezocht zal worden, bedoelde renten in te vorderen, desnoods met middelen van dwang