1574 november 22.
Peter van Broickem, Derick van Utricht, Johan van Gelder, schepenen, en de andere schepenen van Boxmer, oorkonden, dat Seel Jan Jennensoen en Aernt van Steenhuys, op verzoek van Jaspar Baltus, gevolmachtigde der schepenen van Sambeeck, verklaringen hebben afgelegd over de grenzen van Sambeeck met Opploo, waarbij melding gemaakt wordt van den Eindensschenhoff, den Oeven, de Roosboomenhorst en Beer Roessenkamp.
Actum opten XXIJsten Novembris jnden jaer ons Heeren duysent vyffhundert vier ende tseventich.
Afschrift (inventarisnummer 28)
1574 november 22.
Peter van Broickem, Derick van Utricht, Johan van Gelder, schepenen, en de andere schepenen van Boxmer, oorkonden, dat Seel Jan Jennensoen en Aernt van Steenhuys, op verzoek van Jaspar Baltus, gevolmachtigde der schepenen van Sambeeck, verklaringen hebben afgelegd over de grenzen van Sambeeck met Opploo, waarbij melding gemaakt wordt van den Eindensschenhoff, den Oeven, de Roosboomenhorst en Beer Roessenkamp.
Actum opten XXIJsten Novembris jnden jaer ons Heeren duysent vyffhundert vier ende tseventich.
Afschrift (inventarisnummer 28)